De Nederlanders en Indonesië Indonesië in opkomst Indonesië in opkomst De waarheid over Indonesië en Nederland. In dit nummer van Tong Tong beginnen wij met de publicatie van een artikel van Agus Daruch, dat de bedoeling heeft, een beter begrip voor toestan den en verhoudingen in het huidige Indonesië te vestigen. Hij is getroffen door de houding van de nederlandse pers vis-a-vis Indonesië, waarvoor hij geen goed woord over heeft. Dat er onder Nederlanders een welkome be langstelling voor Indonesië bestaat is hem niet ontgaan. Terecht wijst hij op de publicatie van steeds meer boeken van Nederlanders over de jonge re publiek, op het toenemend toerisme dat zelfs Nederlanders, die daar tevo ren nooit vertoefden, laat staan leefden en werkten, naar Indonesië voert. Maar de nederlandse pers publiceert, als men Agus Daruch mag geloven in over grote meerderheid artikelen die vrijwel alle "een zure en afbrekende critiek" bevatten. De pers wil alleen "het kwa de" zien en "het goede" in de repu bliek niet opmerken. En hoe komt dat nu? Een zegsman van Agus aan wiens opinie hij grote waarde hecht vertelt hem dan, dat de nederlandse pers niet de mening van het volk (dat zijn dus haar lezers - red. TT.) weergeeft, maar die van politieke partijen, die op hun beurt ook weer niet de mening van het volk weergeven, maar slechts de op vattingen van de exponenten van de partijen, "dat wil zeggen van de extre men". Die extremisten bepalen de inhoud van de kranten, volgens Agus' zegsman, en die inhoud kan ten aanzien van Indone sië niet anders dan afbrekend zijn. Rechts kan nog altijd niet verkroppen, dat Nederlands-fndië verloren ging en links niet, dat de communistische coup van 1965 mislukte en Indonesië geen "volksrepubliek" werd. Aldus blazen Rechts en Links hetzelfde liedje, zegt hij. Verder verwijt Agus vele krantenschrij vers (aan de top "deskundigen" of kwasi-deskundigen) dat zij niet weten waarover zij schrijven. Dat argument keert zich tegen hemzelf: zijn beperkte kennis van Nederland leidt ertoe, dat' hij genoegen neemt met het volkomen vertekende beeld dat zijn zegsman hem van de nederlandse pers gaf. Het is eenvoudig niet waar, dat de nederlandse pers gebonden is aan po litieke partijen - dit geldt hoogstens voor een minderheid. Het is evenmin juist dat in de nederlandse pers slechts onwelwillende artikelen over Indonesië verschijnen. Uitlatingen van schrijvers die nog altijd hartzeer zouden hebben over het "verlies" van Nederlands-ln- dië zijn zo zeldzaam, dat men ze op de vingers van één hand kan tellen. Er zijn er misschien die het betreuren, dat In donesië geen volksrepubliek is gewor den, maar daarvan blijkt in de pers niets. Er is wel scherpe critiek van progressieve zijde op indonesische verhoudingen en toestanden, maar die richt zich op het militaire bestuur, op het vasthouden van politieke gevange nen e.d. Men mag deze critiek betreu ren (en bestrijden, zoals Agus doet) maar men behoeft daarom niet aan de goede trouw van de betrokken scri benten te twijfelen. Een belangrijk deel van de critische opmerkingen over de huidige toestan den in Indonesië vindt zijn oorsprong in het verschil in geesteshouding van de leden van de welvaartsstaat Neder land en de onderdanen van de armoe- staat Indone'sië. De neiging, indone sische verhoudingen te zien met het oog van de Westerling breekt telkens en overal weer door. Voeg daarbij de typisch nederlandse arrogantie de rest van de wereld in het goede spoor te houden door links en rechts waarschu wingen en vermaningen uit te delen - het opgestoken vingertje! - en u vindt de wortel van vele onwelwillende op merkingen, die - dat geef ik gaarne toe - van tijd tot tijd in de pers tegen komen. Niemand kan zich van zijn achtergronden losmaken, hebben wij al eens geschreven: onwillekeurig be staat de neiging de situatie elders te meten naar de nederlandse maatstaven. Een persoonlijke anecdote mag duide lijk maken wat ik bedoel. Tijdens de vijf tiger jaren besloten mijn vrouw en Ik toen nog in Jakarta levend de bedien den telkens een salarisverhoging te geven als de kosten van het levenson derhoud volgens de statistiek waren gestegen. Het resultaat was verbluf fend. Er verscheen een deputatie van onze mensen met de mededeling, dat salarisverhoging niet nodig was: ze waren al senang en wij deden genoeg voor henStel je dat eens voor in onze prestatie- en consumptiemaat schappij! Het feit, dat zij het bij ons "naar de zin" hadden - ik weet geen betere vertaling - belangrijker dan meer geld te ontvangen! Wat een idioten! Vooral bij hen, die Indonesië voor de eerste maal zien zal dus vooral de soms onvoorstelbare armoede, het ge brek aan hygiënische voorzieningen en medische zorg, het volkomen ontbre ken van sociale voorzieningen opval len. Memisa heeft nu blijkbaar in ver band met haar inzameling voor de medische en sociale zorg het Verre Oosten een aantal journalisten in de gelegenheid gesteld een bezoek te brengen aan haar vestigingen. Het resultaat is de beschrijving van wat naar onze maatstaven ondraaglijk leed is - en inderdaad zwaar te dragen leed is. Dat daarnaast toch een zekere le vensvreugde, een niet te breken sfeer van saamhorigheid en onderlinge hulp vaardigheid bestaat onder de armsten der armen, die tenslotte het leven zo niet de moeite waard dan toch draag lijk maken, zal die reizigers helaas wel ontgaan. De diepe kloof tussen Oost en West bleek nooit moeilijker te over bruggen dan in de bersiap. De hoop op de terugkeer van "zaman normal" - normale tijden - door vele eenvoudige Indonesiërs in die dagen verwoord werd door de meeste Nederlanders daar geinterpreteerd als: Zie je wel dat zij graag de blanda's terug willen heb ben? Een tragi-komisch misverstand! Dat dit eenvoudig betekende de hoop op normale en stabiele prijzen voor de eerste levensbehoeften is toen, vrees ik, velen onzer ontgaanZoals zo veel ons, zelfs met jarenlange tropen- ervaring, tot de laatste onzer dagen in dat dierbare land, is ontgaan. Margaretha Ferguson heeft het in haar boekje "daar wonen nu andere men sen" zo treffend gezegd en ik herhaal het, want zij ervoer en erkent het raad sel. Indonesië is voor haar "niet te vatten": "Ik zie hier een vrolijkheid en gezelligheid waartegenover Holland met al zijn sociale zekerheden, één zeurig brok sjachrijn is". Agus Daruch zal op zijn beurt moeten leren leven met de gedachte, dat dit sjachrijn zo nu en dan baanbreekt in de pers, wan neer zij het over Indonesië heeft, ge combineerd met het schoolmeesterach tige superioriteitsgevoel en de betwete righeid dat zovelen onzer ten toon spreiden in het bijzonder tegenover zaken waarvan de essentie hen ont gaat. Maar daartegenover staan ook zovele pluspunten dat hij het ons moge vergeven, wanneer er in onze pers wel eens stukjes verschijnen, waaruit een volkomen gebrek aan begrip van toe standen, verhoudingen en van de gees teswereld van de Indonesiër blijkt. JHR Prijs f 79,50 plus porto f 3,75 (3 termijnen mogelijk!) 8

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1975 | | pagina 8