Kung Fu en Tong Tong therefore to accept as necessary prelu de to the Present confrontation with a possible Futuremeet existen ce not merely "here and now"but as a flowing sequence of interrelated events." Het gaat veelal om een historische be naderingswijze wil de mens het leven begrijpen, gisteren, heden en morgen. In het artikel "Tussen Jakarta en Pela- buhan Ratu" (TT-15-2 jl.) heb ik reeds mij afgevraagd door welk krachtenspel in de geschiedenis van mensen en vol keren het toch zo kan lopen, dat ze na jaren van elkaar vervreemd te zijn ge weest, ja soms vijandig tegenover el kaar gestaan hebben, toch weer bij elkaar komen of worden gebracht en ontdekken, dat ze toch bij elkaar horen in hun streven naar een betere ver standhouding tussen mensen en vol keren om te kunnen leven als mens heid. Op 15-7-1956 organiseerden exponen ten van de Nederlands-Indische groep in Nederland zich op een bepaalde ma nier rondom Onze Brug voor een har monische integratie in de Nederlandse samenleving en daarbij toch de band met Indonesia, het land van herkomst bleven onderhouden onder de Tong Tong slagen van Tjalie. In datzelfde jaar van de Aap is op 11-3-1956 een groep Indo's van de GIKI - het toenmalige IEV op het paleis Bogor door wijlen President Soekarno in audiëntie ontvangen. Natuurlijk ook voor een harmonische integratie, maar in het volk van Indonesia. Het bewust willen vasthouden aan een eigen iden titeit van de Indo in Indonesia was niet de bedoeling. Integendeel, velen hadden toentertijd ingestemd met de woorden van wijlen Bung Karno dat "Over 25 jaar er geen Indo-probleem meer is, omdat de Panca Sila geen rassendiscriminatie kent". De elfde maart wilde de Indo maken tot de dag van integratie van de Indo met het Indonesische volk. Daarom dat het jaar daarop, op 11-3-1957 de GIKI weer in audiëntie werd ontvangen door wijlen President Soekarno, maar in het paleis Merdeka in Jakarta. Helaas in 1958 waren de ontwikkelin gen in de Indonesische samenleving en in de GIKI zodanig, dat er in dat jaar voor de Indo geen elf maart was. In 1958 begon op 28 februari Tjalie luid op de Tong Tong te slaan en deze Tong Tong geluiden begeleiden de Neder lands-Indische groep in Nederland tot nu toe nog altijd in hun integratie in de Nederlandse samenleving. Een sociaal-politiek integratie proces is zeer moeilijk en moet eigenlijk ver lopen met het volle bewustzijn en vol ledig begrip van de zich integrerende componenten. Het zou interessant zijn om bovengenoemde integratie van de Nederlands-Indische groep in Neder land en de Indo groep in Indonesia aan een gedegen onderzoek te onderwer pen. Als wij de beschrijving in Panorama van 26-7-1974 lezen over de Pasar Ma- lam in de Houtrusthallen te 's Graven- hage dan lijkt het erop alsof aan de integratie in Nederland nog hard ge werkt moet worden. In Indonesia heeft de Indo geloofd aan de woorden van wijlen President Soe karno, dat er geen rassendiscriminatie is op basis van de Staatsideologie, de Panca Sila, en krachtig meegewerkt in samenwerking met de goed-willenden in het Indonesische volk om de senti menten van rassendiscriminatie te be strijden door houding en gedrag. Per soonlijk heb ik ook getracht mee te werken het Indo-probleem uit de wereld te helpen. Vandaar dan ook in de af gelopen jaren mijn weinige belangstel ling voor de Nederlands-Indische pro blemen in Nederland en voor Tjalie met zijn Tong Tong. En nu moet ook ik met alle andere Indo nesische staatsburgers van "Indo" af komst, zowel van de Nederlandse, Chi nese, Arabische en Indiase vader tot de pijnlijke ontdekking komen, dat 't moei lijk is om sociaal geintegreerd te wor den in een volk, als je niet van vreemde smetten vrij bent, al ben je met zovele banden gebonden aan dat volk. Want in dit jaar 1975, bij de hernieuwde volksregistratie van alle inwoners van de hoofdstad Jakarta moeten alleen bovengenoemde "Indo's" zich boven dien melden bij het kantoor van de Gouverneur van Jakarta met het bewijs van het Indonesisch Staatsburger schap. De andere inwoners kunnen volstaan met registratie bij de lurah. En toch is die elfde maart 1956, de dag van integratie van de Indo met het Indonesische volk, de audiëntie van de GIKI bij wijlen President Soekarno in het paleis Bogor, het begin geweest van de oplossing van het Indo-pro bleem in Indonesia en misschien ook wel in Nederland en de andere delen van de wereld. "To dwell in the past is to rob the present To ignore the past is to rob the future" Een van de ontelbare Kung Fu wijs heden die ons aller held Caine, ons vanaf het tv-scherm toevoegt, maar die net als ongetwijfeld alle andere lessen voor de grote massa verloren gaan. Want de grote massa wacht alleen vol spanning tot de geduldige Cain van Master Po het seintje krijgt er toch maar eens flink tegen aan te gaan, want je kunt je potdorie toch niet alles laten welgevallen. Eerlijk gezegd, als ik toegerust was met Cains fysiek en vechttechniek zou ik me het bloed on der de nagels niet weg laten treiteren, maar er allang op losgemept hebben. Maar alleen wie wijs is, beseft de zin loosheid van geweld. En wie onwijs is, gelijk ondergetekende krijgt een jonge man op haar dak. Als een soort boete doening. Geen Master Po flitste in een Dat elf maart voor ons gehele volk van Indonesia ook een gedenkwaardige dag is, zal dan bewaarheid worden op elf maart 1966, waarop formeel wijlen Pre sident Soekarno de macht in handen gaf van Generaal Soeharto. Elf maart is, de dag geworden van Super-Semar, Surat Perintah Sebelas Maret. Een jaar later op 12 maart 1967 wordt Generaal Soeharto dienstdoend President om in 1970 de vriendschaps banden tussen Indonesia en Nederland aan te halen door een staatsbezoek aan Nederland samen met mevr. Soe harto. De tijd van vervreemding en vijand schap tussen Nederland err Indonesia in de daaraan voorafgaande jaren werd geheel beëindigd door het staatsbe zoek van Koningin Juliana en Prins Bernhard in 1971. Maar willen wij medewerken aan de opbouw van betere verstandhouding en samenwerking tussen de volkeren tot een nieuwe mensheid in de toe komst, waartoe de Indo aan kan en moet medewerken, dan zullen wij een open oog moeten hebben ook voor de fouten in het verleden, die wij individu eel en collectief hebben begaan, en die nu evenzovele remmen zijn in het heden, waardoor wij gaan terug ver langen naar die goede oude tijd en die Djaman Normal. En hiertoe probeert schrijver dezes zijn bijdrage te leveren door een histo rische benaderingswijze van de vloei ende volgorde van met elkaar samen hangende gebeurtenissen in het ver leden en het heden, die uiteindelijk de bouwstoffen vormen voor de toekomst. J. R. KOOT Jl. Ceribon no. 25 Jakarta wolk voorbij om me bij te lichten: "In het Verleden te blijven leven, is tekort doen aan het Heden. Maar het Verleden negeren, is de Toe komst beroven. Tjalie heeft Nooit het verleden zonder meer verheerlijkt, geen woord meer gezegd, dan nu, door vele, vele mensen van de wetenschap als het moderne evangelie wordt verkon digd: leeft niet alleen in het heden, want dan zal er geen morgen meer zijn. Houdt in ere wat goed is geweest, want dat is NIET VERGAAN, NIET DOOD, BESTAAT NOG!" Kijk, als Kung Fu dat bij monde van Cain zegt, dan is het waar, als Tjalie of Lilian het zeggen dan zijn ze niet bij de tijd. Als J. Koot, in de tijd dat hij het (nog steeds niet opgeloste) Indo-probleem te lijf ging, zich ook op de hoogte had gesteld van het immense werk dat Tjalie hier in zijn dooie eentje met Tong Tong probeerde te verzetten, dan zou er misschien iets van solidari teit gegroeid zijn. Maar daar heeft Kung Fu een andere uitspraak voor geloof ik. Lilian D. 7

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1975 | | pagina 7