Kh-htn - 9 (Vervolg: Gvts. Marine) op te houden. In genoemde periode heeft de "Orion" als pionier door het helen van de kinderziekten het dreg- werk uit het experimentele stadium in het gebruiksstadium gebracht. In oorlogstijd blijkt wel zeer duidelijk de appreciatie van deze door de "Ori on" van de Gouvernements Marine ingezette dregwerkzaamheden. Er is namelijk gepland dat bij uitbreken van vijandelijkheden in de Ned.-Indische wateren Singapore bevoorraad zal worden door grote vrachtschepen en transportschepen, waaronder de "Queen Mary", die vanuit de Indische oceaan via de zuidelijke route Singa pore zullen aanlopen. Aan het opne mingsvaartuig "Eridanus" van de Gou vernements Marine onder commando van Gezaghebber C. Blok wordt op dracht gegeven om in een spoedtem- po de grootscheepsvaarwater-route: Noordingang Straat Soenda - Noord wachter, langs de Oostzijde Discovery Oostbank - Seroetoe naar de Oost ingang van Straat Singapore af te dreggen. Het gaat om een strook met een breedte van 8 a 10 mijl en een lengte van 520 zeemijl. Na wereldoorlog II Na de tweede wereldoorlog zijn er weliswaar geen opnemingsvaartuigen, doch in een vloek en een zucht worden uit de beschikbare schepen enkele vaartuigen voor de hydrografische werkzaamheden van de Gouvernements Marine gereed gemaakt en we zien dan ook reeds kort na de vrede de "Gemma" onder commando van Ge zaghebbers van de Gouvernements Marine vanuit Tg. Priok naar Borneo (Oostkust) vertrekken; in hetzelfde jaar 1947 verlaat Tg. Priok de "B050'\onder commando van F. C. Backer Dirks richting Sumatra (Moesi-rivier) en in 1949 vaart van Soerabaia uit de "Zui derkruis" onder commando van J. P. JJ de Groot naar Nieuw Guinea (Sorong). Op 27 december 1950 vertrekt Hr.Ms. "Jan van Brakel" onder commando van KLTZ G. A. Boegborn vanuit Neder land naar Nieuw Guinea. Na de souvereiniteits-overdracht houdt de Gouvernements Marine op te be staan en komt een eind aan het door deze tak van dienst uitgevoerde hydro grafische werk. Een harde slag voor degenen, die daaraan hebben deelge nomen. Laat het voor hun een voldoe ning zijn, dat geschreven staat: "Van den geheelen Archipel met uitzonde ring van een deel der Molukken, Nieuw Guinea, Atjeh en Zuidkust Java bestaan thans zeekaarten en beschrijvingen, die aan de hoogste eischen voldoen". Aldus S. H. Leegstra, Hoofdinspecteur, Hoofd van de Dienst van Scheepvaart in "Het Indische Boek der Zee" van 1925. Dat de officieren van de Gouverne ments Marine ook na de souvereini teits-overdracht niet bij de pakken zijn gaan neerzitten moge blijken uit het feit, dat diverse officieren een plaatsing Gedenknaald voor de scheepvaartgevallenen op Menteng Pulo. hebben gekregen bij de Afdeling Hy drografie van de Koninklijke Marine in Nederland. Ex-officier bij de Gouver nements Marine G. D. Raasveldt zien we momenteel als algemeen onder- (Vervolg: Padang) gegooid, dicht bij de van Alphens van mijn vorige verhaal. Hierna heette het DAMAR. En hiervan komt mijn in ziens de vergissing Damar/Olo, want velen wisten niet precies waar de OLO eindigde en de Damar begon. Men sprak over een kort gedeelte over DAMAR/OLO, dat gedeelte waar de fam. Bothello woonde. Maar iets ver der, vanaf de kruising Belantoeng Ketjil/ en weer een Strandweg, is het voor een ieder zonder meer DAMAR. Er waren vele Daviesen in Padang en de meest bekende in mijn tijd was "Davies Damar", die daar een groot huis met groot erf bewoonde; het was DE Oom John van de Davies - en, die op mij een grote indruk heeft ge maakt. Misschien bij leven en welzijn, ook hierover t.z.t enige herinneringen oprakelen. Direct hierna of iets verder heet het POEROES. (Poeroei). Hier eindigde toen de Gemeente Padang, doch de weg loopt door en heet dan achteréén- volgens OELAK KARANG, OEDJOENG KARANG met het landgoed met villa van de fam: Sadée, dan TABING met rechts de grote klapperaanplant van de fam: Krijgsman en later het vliegveld van Padang; en gaat door tot Padang Pandjang en Fort de Koek. En als je wilt naar Medan, via Loeboek-Sika- ping, Padang Sidempoean, Taroetoeng, Brastagi, Prapat, enz. Medan Ik beschreef deze weg uitvoerig, spe ciaal voor de namen, in de hoop, dat bij deze namen bij velen Padangers iets opengaat van "toen vroeher", en zij hoofd van genoemde afdeling. Ex-offi cier bij de Gouvernements Marine J. Th. Verstelle is de man, die als enige Nederlander voor zijn uitzonderlijk werk op het gebied van radar in 1954 werd benoemd tot "Fellow of the Bri- tisch Institute of Navigation". Typerend is, dat de beide opnemingsvaartuigen van de Koninklijke Marine, namelijk Hr. Ms. "Snellius" en Hr. Ms. "Luymes", die na de souvereiniteits-overdracht in de wateren rondom Nieuw Guinea werkzaam zijn geweest, mede onder bevel hebben gestaan van de ex-offi- cieren van de Gouvernements Marine R. van den Oever en J. E. de Wit. Bij deze werkzaamheden, die voornamelijk plaats hadden in de wateren bezuiden nieuw Guinea, werd gebruik gemaakt van het Decca-stelsel, dat - hoe kan het anders - door J. Th. Verstelle voor dit gebied was voorbereid. Ja het is waar: "Met de souvereiniteits-overdracht is ook de roemrijke historie van de Gou vernements Marine onder Nederlandse vlag afgesloten. Maar bij hèn, die de eer hadden op die schepen te dienen, en bij allen die er mee te maken heb ben gehad, blijft de herinnering. Een schone herinnering aan zeer goe de diensten en trouw aan de Neder landse vlag", aldus Admiraal Helfrich. N.N. wederom van hun weten en wedervaren vertellen, via onze Tong Tong. Ik wil me houden aan het stuk van Heer P. - Ik ben getroffen door zijn (voor) liefde voor de Indische meisjes en de Padangse van Niasse afkomst in het bijzonder; en voor de ROOS van Pa dang "Extra Bijzonder". Ik kan zijn smaak hoog waarderen. - Hr. P. is met zijn halve eeuw plus zes, ongeveer 15 jaren jonger dan ik en zijn Roos was nog een Roosje of Melati, toen de Roos van mijn tijd aan het ontluiken was. In mijn tijd woondèn er niet veel Indische families op de Poeroes. Wèl werden er in de twintiger jaren meer dere leuke huisjes en huizen gebouwd en zoetjesaan kwam er zodoende een rozentuin en rozenhage. Maaaaaaaarre, was het zusje van de toenmalige Roos niet een fris opkomend Rozenknopje, die Hr. P. over het hoofd heeft gezien? Mogelijk, dat hij niet de boot, maar tweemaal de ROOS heeft gemist. Als ik vertel, hui-ui-len! Maar P., niet ge treurd, al deze Rozen en Roosjes zijn ondertussen al Rozebottels geworden, vol vitamine C. (van Charme?)) Mis schien nu zelfs beter voor de gezond heid en gemoedsrust! Wat ik bedoelde met de Chinese op tocht "Koeda-Koeda Api, noemt Hr. P. Leang Leong. Dat heb ik nooit gewe ten. Dan heeft de Hr. P. het over de Niasse vrouwen en hun mooie toeroenans. Mogelijk dat ik ook hierover iets schrijf als één van de beelden uit mijn kinder- fen in dit geval ook) jongejaren. Adio en tot schrijfs, Padangers, Si Sinjo I J

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1975 | | pagina 9