De grote stad, wereld van de zakenman van die andere, we merken dat omdat we in gekoelde ruimten verblijven, x>p kantoor en onderweg naar een restau rant. In Kebayoran Baru, een half uur van Jatinegara af, een Koreaans res taurant. Eigenlijk opgezet voor de vele tientallen Japanners die hier in Jakarta hun zaken doen. Japanse diensters braden de gerechten aan tafel. Kore aanse muziek klinkt uit de stereocas sette. En alles gebeurt in een gekoelde ruimte die afgesloten is van het stoffige warme buiten, waar lieden in de bran dende zon bezig zijn de stoep te ver harden. Binnen is een brokje van de wereld van de rijke zakenlieden. Brok jes die met elkaar in verbinding staan, via telefoon, soms ook radio, anders met gekoelde auto's en luxe vliegtui gen. Twee gescheiden werelden. De oranje trein, de auto's, de grote ge bouwen, kantoren, hotels en restau rants, vermaakgelegenheden. Allen ele menten van een aparte wereld waar binnen zich wezens bewegen die zich in niets onderscheiden van degene die zich inspannen op de sawah, doch die net zo goed van Mars hadden kunnen komen. Het is vreemd te beseffen dat er twee gescheiden werelden zijn, door elkaar gestrengeld, doch waartussen verkeer onmogelijk is. Men kan elkaar slechts door vensters zien. Voor degene op het veld is het zelfs niet duidelijk of de wezens in de andere wereld ook onderlichamen hebben, armen en be nen, zij zien immers slechts hoofd en schouders? Bostbeelden. Van binnen naar buiten ziet men een schilderij, dezelfde plaatjes die ook in de kantoren hangen. Bergen, sawah's, rivieren, mensen. Wijde luchten en ver gezichten. De echte wereld heeft de zakenman niet eens meer nodig omdat de afbeeldingen binnen zo veel fraaier en vooral kostbaarder zijn. De buiten wereld is het schilderij We trekken heen en weer tussen Ban dung en Jakarta. In onze containers. De andere wereld zien we alleen door de raampjes. We vermoeden een le venspatroon bij de mensen waar we langsheen razen. Zoals zij dat bij ons vermoeden, zij die de passerenden niet anders zien dan in auto's bezielde wie len die het bestaan voortdurend be dreigen. Waar soms wat aan te ver dienen valt maar niet meer dan dat. Wij zijn voor hen geen schilderij, bij hen in de woningen hangen geen plaat jes van ons. Wel van de containers die ons omhullen, prenten van auto's, vliegtuigen en treinen. Droombeelden van een wereld die men zelf niet ver wacht te betreden. Voor de mensen in de desa is onze wereld ontoeganke lijk, het is voor hun een verboden di mensie. Slechts de doorsnede met hun eigen dimensie is hun bekend. Een doorsnede die de containers bevat waarin men de bewoners van die an dere wereld kan zien. Een doorsnede waar ook de contacten met die andere wereld in plaats vinden, kleine trans acties waaruit geld verschijnt. Het geheel herinnert aan de handel met de Kubu in Zuid-Sumatra: men legt zijn goederen ter ruil bij een boom en wacht totdat de ander zijn aanbod er naast legt. Voor beide partijen is de andere nauwelijks zichtbaar, geen van beiden weet wie de andere is, waar de goederen vandaan kwamen of wat er verder mee wordt gedaan. Daar is de scheiding tussen de beide dimensie vrijwel volmaakt en beperkt zich de doorsnede tot een punt Een mooie reis en goede zaken! Voor ons in de binnenwereld is de weg tussen Jakarta en Bandung alleen maar tijdsduur en vermoeienis. De wereld die we doortrekken is overdag wijds, doch door zijn onbereikbaarheid plat als het schilderij! In de nacht krimpt de omgeving tot de bundel van de kop lampen. De reis ruist door je hoofd en zit in je nek. De lange dag heeft je geest versuft en thuis gekomen trilt de grond onder je voeten na, dreunt het nog in je oren. Een bad met warm water brengt je weer op verhaal. Een mooie reis, we hebben opnieuw kunnen genieten van de natuur. Ja, we hebben ook goede zaken gedaan. Morgen zullen we daar rapport over uitbrengen, op papier. Maar we zullen met geen woord reppen over al datgene wat we onderweg heb ben kunnen zien. Dat is ook niet ter zake De bittere beker was het besef van het bestaan van twee gescheiden we relden, de ene rijk en de andere arm. Wij leven in de rijke wereld en kunnen niets doen voor hen in de arme wereld. Deze bitterheid is blijvend! Opnieuw is het verhaal niet af. Op nieuw moet ik toegeven, dat ik niet bij machte ben meer te doen dan het ge ven van een getuigenis. Maar ik ben gereed voor de derde reis. Tong-Tong souvenirs zijn praktische, leuke cadeautjes. En ze gaan jaren lang mee! rolbandmeter/ schroevedraaierset sleutelhanger f 3,75 rolmeter/doplichter pennemes/sleutelhanger f 5,Memo-portefeuille Sleutelhanger-rolbandmeter f 3,75 POEKOELTEROES1 f 3,75 f 6,50 f 5,- Gereedschap-set in zakformaat f 3,75 Pennemes- schroeve- draaier-dop- penlichter- sleutelhanger van roestvrij staal 5, 19

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1975 | | pagina 19