Dj oio Soetro - Zijden visnet
Indisch Familie Archief geeft (en
vraagt) informaties over Indische
geslachten. Kosteloos.
Vreelandsestraat 14, Den Haag
tel. 070 - 33 57 86.
S.v.p. zelf geadresseerde, ge
frankeerde enveloppe bijsluiten!
want geen brug op peilers zou de machtige, woeste stroom van de bandjirende kali
Brantas kunnen doorstaan
Wie is bekend met het formidabele
zeestrand gelegen aan de zuidkust van
Java en genaamd Djolo Soetro? Zijden
visnet.
Je gaat van Malang uit zuidwaarts,
richting Wlingi. Even na Kesamben sla
je links af, door eindeloze djatibossen
heen, hoge rechte stammen, die het
kostbare teakhout leveren over de
hele wereld beroemd om z'n pracht
en duurzaamheid. Zie onze meubels,
wat een vlammen, wat een glans, ge
paard aan eeuwige kracht en duur en
zie het beroemde eeuwenoude hout
snijwerk op oud-javaanse panelen en
bankleuningen in onze kratons, (vor
stenverblijf.)
We komen nu aan de beroemde hang
brug over de kali Brantas, enig in z'n
soort, waar we de ingenieurs nu nog
dankbaar voor zijn. Want geen brug
op peilers zou de machtige woeste
stroom van de bandjirende kali Bran
tas kunnen doorstaan; deze beeldscho
ne rivier kan spoken, hoor.
Voorbij de brug laten we de vlakte
achter en klimmen het Zuidergebergte
op, dat zich langs de hele zuidkust van
Java uitstrekt, hogere en lagere heu
vels, begroeid met dicht oerwoud. Dit
hele gebied is een ideale plaats om te
jagen op bantengs, tjellengs en ki-
dangs, die er in grote getale voorko
men. Djolo Soetro ligt achter de rub
ber-onderneming "Gondang Tapen".
Terwijl we door de rubberbossen rijden
krijgen we telkens een doorkijkje op
de glinsterende zee, waar we uitein
delijk al dalende terecht komen.
Als de autoweg ophoudt, moeten we
uitstappen en lang een voetpad verder
lopen: het is ruim een half uur lopen,
naar dit prachtige vlakke strand.
't Is er ideaal om te kamperen. Bij volle
maan bijv. kun je bij dit maanlicht
kaartspelen. Zo helder schijnt onze
maan daar.
Een wijd royaal strand betreden we
eindelijk met de enorme Indische oce
aan voor ons, een uitzicht van 180
graden links - voor - rechts, een glin
sterende zee in de vrolijke morgenzon
en dan te bedenken, dat als je in één
rechte lijn zou zwemmen je aan de
Zuidpool zou arriveren.
Nooit te lang, we lopen in die zee en
zwemmen en dartelen er naar hartelust.
Alleen, waag je niet te ver, jongelui,
pas op voor de zuiging van de zee
stromingen.
Wetenschappelijk en biologisch is deze
zuiging de oorzaak dat overmoedige
jonge mannen door de zee geruisloos
verzwolgen worden, doch wij weten wel
beter, wantNjai Loro Kidoel ver
strikt deze argeloze jongelui in haar.
Djolo Soetro en trekt ze meedogenloos
mee naar de bodem van de oceaan,
waar ze haar paleis bewoont.
Vandaar dat er elk jaar van heinde en
verre mensen komen, ik geloof in de
maand Soero om te baden en offers
te brengen aan de gebiedster over alle
geesten van Java, de machtige, adem
benemend schone godin Njai Loro
Kidoel.
Om drie uur 's middags komen talrijke
kleine vissersprauwtjes terug, volge
laden met vis die ze op het strand
neerstorten, een leuk schouwspel al
dat zilveren gekrioel op 't zand te zien.
Opkopers staan klaar en alles is dan
boter bij de vis. Ook wij kopen een
paar prachtige vette vissen en na ze
goed schoongemaakt te hebben, ba-
karren we ze op een open houtvuur;
droog hout, wit geblakerd ligt er voor
het grijpen. We hebben kippegaas
meegebracht om over het vuur te
spannen en daarop de vissen. Zaliger
voedsel is niet te bedenken, met wat
ketjap, lombok, citroensap en geurige
warme rijst smullen we van het zeeban
ket. Beter leven bestaat niet!
Bij het vertrek maken wij een eerbiedi
ge sembah voor de goede, gulle scho
ne, en toch soms zo meedogenloze
godin, de vermaarde, gevreesde Njai
Loro Kidoel! Saluut, tot ziens!
Gong van der Star,
as deftig: Lodewijk.
(Vervolg: "Apa boleh boeat")
probeerde van alles om in aanmerking
te komen binnen de kortst mogelijke
tijd naar Siam te kunnen. Geen resul
taat. Ze was verdrietig. Oma zei: "Apa
boléh boeat, Non."
Toen naar Soerabaia. In een LST, die
op de rede lag. Op een barkas gingen
we erheen, de zee krioelde van de
kwallen en de barkas lag zo laag op
't water dat we via een touwladder aan
boord moesten. Algemene hilariteit,
kinderen gingen van hand tot hand,
Oma kreeg een duw "van achter" en
stapte op 't dek na vele acrobatische
toeren, verzuchtend, "Adoeh, tjobak
toch, al zó oud en moet nog klimmen
als een monjèt."
In Soerabaia werden we naar de H.B.S.
aan de Ketabang Boulevard gebracht
en de boentelans, de bèsèks, en zo,
lagen in een bonte hoop in de lege
vijver waar je later na invullen van
formulieren je aardse bezittingen mocht
zien te vinden. Het was toen mijn
broers en ik bij die vijver aan 't zoeken
waren dat we Ma zagen staan praten
met een soldaat. Zijn rug naar ons toe,
z'n uniform wat te groot. Hij zag er
bekend uit. Ma zag ons ook en riep
ons, waarop de soldaat zich omdraaide
en Ma eenvoudig zei: "Daar zijn de
kinderen." Het was pa, kersvers uit
Bangkok!!!
"Gelukkig ja Non", zei Oma, "stel je
voor dat je naar Bangkok was gegaan."
Apa boléh boeat?
J.L.
17