Herinneringen aan Djombang Denkend aan Sawah-Loento Bovenstaande foto werd genomen tijdens een schoolreisje van de 7e klas lagere school in Djombang naar de koffieonderneming Gareng Dowo. Het is voorjaar zoals het weer kan zijn als vele andere jaren, bewolkt met af en toe regen. Het KNMI Wat ga je dan beginnen? Ik ga eens wat oprui men; daar is zo'n thuisweer goed voor. Eerst de kast waar van alles is opge borgen, een paar plasticzakken er bij en sorteren voor de asman en mensen in Indonesië. Maar als je de kast goed hebt uitge graven vind je er een vergeten album met foto's welke ca. 50 jaar oud zijn, vergeeld maar al gauw in staat je weer terug te brengen in jeugd en school jaren in Djombang met z'n omliggende suikerfabrieken zoals S. F. Djombang, Ponen, Tjeweng, Tjoekir, Peterongen e.a. Mijn vader werkte op de S. F. Djom bang en een aantal foto's van ons huis, met er voor de tuin met grote potten, de kali, de brug, de weg naar de kotta en aan de andere kant de tennisbaan met daaromheen huizen, kantoor en daarachter de fabriek, riepen herinne ringen op aan wat je als kind op zo'n onderneming allemaal beleefde. Hoe vertrouwd was je met het geluid, de sfeer en geur van de suikerfabriek gedurende de z.g. "maaltijd" of cam pagne. De lagere school op Djombang stond naast het huis van de assistent-resi dent en tegenover de aloon-aloon. Achter de school was de stadstuin en hiertegenover lag de soos. Naar deze L.S. werden de kinderen van de suikerfabrieken gebracht per dogkar of ondernemingsbus. De lesuren van de lagere klassen waren tot 11 uur en de hogere klassen tot 1 uur. Hier een foto van een schoolreisje van de 7e kl. naar de koffie-onderneming Gareng-Dowo (ben ik goed)? Ja, daar zijn ze van l.n.r. jongens: Hetharia, Kolmus, Daum, Gijs v.d. Rest, Wiegel? R. v.d. Broeke, Baas de Roche- mont en A. Duval. v.l.n.r. meisjes; Cieciel Thomas, Hanna v.d. Pol, Lizzy v.d. Broeke en de twee laatsten, ja, het is weer zover van ons vandaan. Wie had de leiding van dit uitstapje? Was het Dhr. Jansen of Hr. Hoekendijk? Waar zijn ze allemaal? Duval woont in Bandung, Baas de Rochemont woont in Den Haag en de schrijver idem. Een mooi plaatje. Ach je kan zo heerlijk aan je jeugd jaren terug denken. Het is een mooie tijd geweest. "Kom je eten"? Hé, de werkelijkheid en terug van weg! V. D. Br. Toen ik in T.T. No. 23 de verhalen las van de heer van Rees over zijn vader, van de heer E. A. B. v. G. over de spookgeschiedenis in Sawah-Loento, gingen mijn gedachten weer terug naar dat lieve stadje van "de zwarte dia mant", waar ook ik zo'n onvergetelijke jeugd gehad heb. En ik zag alles weer voor me; onze oude school aan de kali, waar de ballen bij het Castie-spel zo vaak in vielen. Ik dacht aan onze onderwijzers: Koster (vader van lebel- tje), Zwaan (Zusje Zwaan, die flauwviel als ze bloed zag), Voskuil (onlangs overleden) en nog vele anderen. Mijn eerste juffrouw was juffrouw Rijers. Tegenover de school stond de soos; de mooie soos. Maar de gezelligste was de soos in Doerian. Daar kregen we voor het eerst dansles van meneer Linthorst, die zelf notabene nooit dans te, maar ons voortreffelijk alle moei lijke figuren wist bij te brengen van de Frühlingsboten, Pas des Patineurs, Mazurka etc. tot en met de ingewik kelde Lanciers. Ons orkestje, waarvan ik mij op het ogenblik nog het beste Sastro en Idris herinneren kan. Later speelde ook de dochter van Idris mee. Wie herinnert zich nog de krontjong uitvoeringen in de soos Doerian? Maan licht op toneel, de heren in slaap broek-kabaja, handdoek om de nek en de zoete melodieën, die er dan vloei den, muziek van Belloni (Lief Indië etc.) Heerlijk! Vele gezellige avonden hebben wij in de soos Doerian gehad. Op één van deze vond een z.g. huldiging plaats na het onschadelijk maken van een dol geworden karbouw. Ik weet nog, dat mijn vader telefoneerde om binnens huis te blijven. Deze gebeurtenis heeft de heer Linthorst in een komisch ge dicht vereeuwigd. Na het voorlezen daarvan in de socië teit Doerian kreeg de heer Hageman het "nep" Kruis van Moed, Beleid en Trouw. De schout van Rees, met wie mijn ou ders zeer bevriend waren, herinner ik mij heel vaagjes. Maar wel weet ik uit verhalen van mijn moeder nog, dat hij haar eens waarschuwde voor een djongos, die wij hadden, afkomstig uit het plaatsje Boeo. Volgens de heer van Rees konden deze mensen gevaar lijk zijn bij een conflict (goena-goena). Gelukkig ging onze djongos uit zich zelf weg. Wie aan Sawah-Loento denkt, denkt ook meteen aan de "orang ranté", de kettinggangers. Wat leefden we daar toch rustig en veilig, ondanks deze onverlaten. Mijn beste vrind was een Madoerees, Massih. Toegewijde "toekang lampoe" van mijn vader. Tot vele jaren dwang arbeid veroordeeld wegens moord. Massih, die altijd voor mij kramoenting zocht in het bos. Later kwam er een nieuwe wet en mocht Massih niet meer vrij rond lopen. Maar op Nieuwjaarsdag kwam hij bij ons onder geleide van een politie agent met een touwtje om nek en schouders om ons toch zijn heilwensen te brengen voor het Nieuwe Jaar en dan vroeg hij ons om te bidden voor hem, dat hij nog eens vrij zou komen. Massih stierf in de tangsie; zijn laatste groet was voor ons. Wij hadden als kind meer vrinden onder de "orang ranté". Ik zou nog boekdelen kunnen schrijven over mijn zonnige jeugd in Sawah- Loento en evenals de heer van Rees eindig ik met heel veel dank aan mijn ouders, die mij deze onvergetelijke herinneringen bezorgd hebben. Anak Sawah-Loento Jenny Heetkamp-Senstius "Daar heb je hem weer met z'n zware shag en z'n fles Cognac!" 19 HEREN

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1975 | | pagina 19