Herinneringen aan ons voormalig Nederlands Oost-lndië IN DE WERELDBRAND 1940- 1945 10 mei 1940 sloegen Hitler's horden toe in Nederland. In Ned. O.-Indië waren wij toen nog tot 8 december 1941 vrij, maar na Pearl Harbor ging ook N.O. Indië ten onder om niet meer te herrijzen Vóórdien leefde men in alle groeperingen loyaal en royaal met Holland mee, die plek op de wereldkaart, waar van 1940- 1945 onderdrukking, verslagenheid en ellende heerste. Dat werd ons in Indië nog 20'n 18 maanden bespaard. Ambon vóór de grote storm De interneringsmaatregelen tegen Duit sers en n.s.b.ers werden begin mei 1940 onmiddellijk geëffectueerd en per soonlijk zal ik nooit vergeten, dat mij werd opgedragen in Banda Neira een n.s.b.-er te halen en huiszoekingen te verrichten bij de geinterneerden drs. M. Hatta c.s. - Met de kapitein Hokke (G.M.) aan het roer van de ca 600 ton metende "coaster" heb ik op de heen reis in een loeiende storm aan den lijve ondervonden wat "ombak achter" in zo'n boot betekent. Terug ging het aan merkelijk beter en voor Hokke c.s. alle lof! Ik leerde in die tijd o.a. ook kennen kapitein KNIL. J. Meyer. Zijn vertrek naar Java - na zijn bevordering tot majoor - en het usantiëel "afduwen en i vatbier" was wa,t triest: vele gezinnen vertrokken destijds per K.P.M. naar Java. Maar ik had geen flauw vermoe den, dat ik J. Meyer na de oorlog in Semarang zou terugzien in de gene- raalsrang en drager van de M.W.O. Als hoogtepunten in deze tijd, waarin Nederland onnoemelijk leed onder de barbaarse joden-vervolgingen en zucht te onder de duitse hiel, waren in Ambon te memoreren de viering en vooral de kerkelijke dienst op 31 augustus ter ere van H.M. Koningin Wilhelmina, toentertijde in Londen verblijvende. In de stampvolle kerk werd dan door het Ambon's koor het Wilhelmus gezongen, zó klankvol en imponerend als ik deze nationale hymne zelden heb gehoord. Indrukwekkend en onvergetelijk! Het leven in Ambon ging overigens "gewoon" door. Er werden met succes wedstrijden gehouden voor het goede doel en de "Oranje"- en "Winston"- cocktails in de soos zorgden er voor, dat men er de moed in hield. Er kwam Australische versterking voor het K.N.I.L. en ik maakte toen ook ken nis met captain Rose, de commandant van de Australische kwartiermakers. Aanvankelijk was het een probleempje, dat de "Aussies" geen liefhebbers van rijst waren en aardappelen verlangden. Capt. Rose en zijn partner speelden ook bridge, maar dan "auction" en dat lag wat achter op ons"contract"-bridge; zij namen dan wel revanche met po keren! En zo maakten wij er nog iets van in een uiteraard gespannen sfeer. Er werden stads- en landwachten ge formeerd, echter zeer onvoldoende be wapend en uitgerust. Overste Scholten - als kolonel tit. KNIL - vertrok naai Java en werd opgevolgd door overste Kapitz. De oorlog breekt uit 8 december 1941 brak de hel los Na Pearl Harbor rukten de Japanners onweerstaanbaar op en ondanks vaak heroiek verzet - ik herinner mij nog goed, dat wij in verduisterd Ambon in de soos een borrel dronken met K.M.- vliegeniers op hun stoutmoedige vluch ten noordwaarts de Japanners tege moet; ik heb deze helden nimmer meer teruggezien - ging ook N.O. Indië ten onder. Onder de geinterneerde Japanners be vond zich de eigenaar van de Ambonse toko "Kitano". Deze Japanner fungeer de tevens als hoofd van de japanse gemeenschap, voornamelijk "vissers", die grotendeels al in september 1941 - op aanwijzing van de Japanse rege ring - op eigen gelegenheid waren vertrokken. Hij had een (reserve-) offi ciers-opleiding in Japan gehad; zijn op treden was altijd correct. Na zijn gevangenneming is hij afge voerd naar Australië en medio 1942 uit gewisseld - met vele anderen - tegen in Japan geinterneerde onderdanen van de geallieerden. Het heeft verbazing gewekt, dat hij zich onder de Japan ners bevond, toen wij - in Ambon - werden ondergebracht in de Advent kerk vóór ons transport naar Makasser (hierop kom ik nog nader terug). Hij verwonderde zich - in termen van me deleven en spijt! - erover, dat het Hoofd van plaatselijk bestuur Dr. A. H. Ruibing (Ambon) niet tegen hem was uitgewisseld. Hieruit kan blijken, dat men niet alle Japanners over één kam kan scheren en ook hierover later meer. Het tegendeel van zo'n respec tabele mentaliteit hebben wij overigens volop aan den lijve ondervonden! De val van Ambon Ambon had onvoldoende garnizoen, bewapening en nauwelijks luchtmacht wél een vliegveld "Laha", waarvan de verdediging enige tijd stand hield on der zeer moeilijke omstandigheden. Er sneuvelden, totaal - volgens mijn in lichtingen - een 25-tal Australiërs en KNIL-militairen, w.o. enkele officieren. Langs de Z.O.-kant van de baai lag het Australische garnizoen. In de baai wa ren mijnen gelegd, waardoor de hoofd aanvallen niet van die zijde konden komen. De Aussies gaven zich niet voetstoots over; pas toen het Japanse opperbevel dreigde vrouwen en kin deren te zullen doden, capituleerden zij. In de vroege ochtend-uren van 31 ja nuari - Prinses Beatrix' verjaardag - vielen de Japanners in het noorden binnen en om 16 u. zetelde de Japanse bevelhebber in het residentie-huis en was alles voorbij. Geen loyaliteit van de Ambonnezen, in wier woningen o- veral het portret van Koningin Wilhel mina en ons Vorstenhuis prijkte en voor wie de M.W.O. geen onbekend ere metaal was, noch andere weerstand kon dat voorkomen. Noch het B.B., noch de politie was ge militariseerd, zoals dat wel het geval was in Zuid-Celebes (Makasser) en de burgerij vond - volgens opdracht - een eerste onderkomen in het geimprovi- seerde Batoeboelan (rivier)kamp. Het was daar wel erg behelpen, uiteraard ook door de psychische klap, die men had ondergaan. Bovendien waren de salarissen over januari 1942 nog niet uitbetaald; alles lag nog in de kluizen Een bekend plekje in Ambon: de Batoegadjahlaan. 14

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1975 | | pagina 14