1 J Electrisch rijst koken Veilig, makkelijk en tijdbesparend Nooit meer aangebrande rijst. Rijst in de pan, knopje indrukken, klaar U kunt uitgaan, andere dingen doen zolang als U wilt. De rijst blijft, ook als ze gaar is, op temperatuur. NATIONAL RICE COOKER Inhoud 1 liter 105, Inhoud 11/2 liter 115, Inhoud 1,8 liter f 125, Verzendkosten 6, Abonnee's Tong-Tong 3 termijnen mogelijk Tong-Tong B.V. - Prins Mauritslaan 36 - Den Haag - Giro 6685 dit gebied voor mij volkomen "terra incognita" was. Van het korte verblijf in Morotai her inner ik mij nog heel goed - volmaakt nieuwe indrukken in een weliswaar wat warrige, maar weer menswaardige om geving - de uitgebrande supply-loods, in vlammen reeds goed zichtbaar toen wij nog moesten landen en uit die puinhoop waren wij, ex-geinterneerden, nog blij wat te kunnen bemachtigen Men wist toen immers nog niet, waar heen men zou worden gedirigeerd en vooral de geredde blikjes kaas waren een uitkomst voor velen, "kaas uit het vuistje" waarvan ook ik later nog goed en smakelijk beleg had Verder kon men in Morotai, waar uit het binnenland telkens nog een gevan gengenomen Jap. binnendruppelde - de geallieerden hadden bij de landingen op dit eiland genoegen genomen met een kuststrook - eigenlijk, zo bleek ons later, nog zó veel kopen in de militaire supply-winkels, omdat de Aus tralische bezettingstroepen nog niet waren gerepatrieerd, dat het voor ons een hemel op aarde leek te zijn. Het U.S.A. legioen had Morotai reeds ver laten. De kuststrook was met een jeep in nauwelijks 30 minuten te berijden en verder bekommerde zich niemand om het binnenland. Opvallend voor ons waren de nog gro te, kostbare en overvloedige verzor gingsmaatregelen van de G.l.'s en Aus sies, inclusief de "movies" en drink watervoorzieningen. Een Aussie zei mij ronduit: "tegen de U.S.A.-supply kun nen wij niet op"In die kuststrook waren nóg openlucht-movies 2) en was de supply van hoog-gekwalificeerde artikelen als chocolade (Cadbury e.d.), sigaretten (Lucky Strike, Camel, Ches terfield e.t.q.), horloges, toiletbenodigd heden enz., enz., luilekkerland I Ook vuurwapens, o.a. de zo gewilde, licht gewicht jungle-karabijn (U.S.A.) enjeeps, z.g.a.n. en i.z.g.s. werden incidenteel aangeboden voor 50, NICA-guldens. Dat kón, omdat het door de slechte verbindingen tóch on mogelijk was om die mee te nemen; alles ging van Morotai vooralsnog door de lucht. En zo arriveerde ik dus weer per "Mit chell" in Balikpapan, waar wij werden ondergebracht in de broei-hete "qüon- sets". Op het vliegveld - zoals ook in Morotai, de provisorisch maar zéér efficiënte "pierced steel plates", voor ons een openbaring van operationele doelmatigheid ontmoette ik de eerste bekende uit Australië, kolonel Pereira (in keurig smetteloos uniform), die ik in Malang, 1925/1926, gekend heb als jonge luitenant; hij zou als hoofd (ge neraal) van de Militaire Missie in de rumoerige na-dagen op Java worden benoemd en is later in Nederland over leden. Mijn Balikpapan-dagen heb ik benut om door een Australische legertandarts mijn gebit te laten "behandelen", mijn laatste kans vóór Bandjarmasin. Dat ging bepaald niet zachtzinnig; er kwa men een assistent en wat verdovingen aan te pas. Toen het voorbij was, kon ik bij-komen in de quonset. Ook na het vertrek naar Bandjarmasin nog erge na-pijn, maar het heeft mij altijd ge frappeerd dat men in een periode, waarin eigenlijk alles gericht was op een (gehoopte) nieuwe toekomst, het onwezenlijk-onbenullige van pijn-lijden relativeert en ervaart als een noodza kelijk kwaad. Naar Bandjarmasin Samen met mij vertrokken in een grote barkas (coaster?) Hips (B.B.) en En- gers, een jonge, sympathieke NICA- officier voor het K.D.P., wèl een "ba- roe" met illusies over de wederopbouw. De reis ging langs P. Laut door een mijnenveld, want pas veel later zou daar pas "geveegd" worden. Het inte resseerde mij matig, de kaakpijnen overheersten. In ieder geval kwamen wij zonder ongelukken - pluim voor de navigatie I - in Bandjarmasin aan. Daar werden wij, met later nog een arts van de D.V.G., een merkwaardige, solitaire figuur, die ik na 1951 nog wel eens in Den Haag heb ontmoet, ge huisvest in een mooie grote woning, vlak bij het residentiekantoor en het politiecommissariaat (oktober 1945). In middels was ook de Chief Conica, ko lonel J. Oberman aangekomen, die zijn intrek nam aan de hoofdstraat van Bandjarmasin, de res. De Haan-weg, en aan wie ik officieel rechtstreeks on dergeschikt was. Met nogmaals grote dankbaarheid voor hetgeen ik van deze medicus in de Zuid-Celebes-kampen heb onder vonden, citeer ik hier enkele saillante gegevens van dr. C. E. de Moor, ont leend aan het Ned. Tijdschrift voor de Geneeskunde 117, nr. 4- 1973, bij zijn pensionering op 70-iarige leeftijd. Tijdens W.W. II werd dr. De Moor, die door zijn werk op het gebied van de cholera internationale bekendheid ver kreeg, op Celebes geinterneerd. Na de bevrijding begon hij opnieuw met de opbouw van het laboratorium in Ma kassar. De daar in die tijd veel heer sende hondsdolheid bestreed hij met een zelf, bij apen bereid vaccin. Daarna werd dr. De Moor, daartoe aangezocht, hoofd van het laboratorium in Medan. In 1954 repatrieerde hij en werd hoofd van de afd. streptococcen-onderzoek van het Rijks-Instituut voor de Volks gezondheid. In zeer korte tijd erkend deskundige op dit gebied en van 1958 -1973 editor van de sectie microbiologie van Excerpta Medica. Na zijn pensio nering was dr. De Moor bereid de leiding op zich te nemen van de afd. microbiologie van het Binnengasthuis in Amsterdam. 2) Ik heb daar in de open lucht, bij volle maan prachtig-helder en in kleur een komische film gezien van Ginger Rogers en Van Johnson, einde septem ber 1945 -, die ik wéér zag als een met veel tam-tam gebrachte première in Amsterdam in 1948. Verder zag ik nog, luguber-duidelijk en altijd (alles) "in technicolor" de afschu- welijk-realistische film van de laatste acties der geallieerden in hun "kikvors- sprongen" naar Nippon, met de do dende vlammenwerpers in de grotten, waaruit de Japanners verschroeid, verbrand of dood te voorschijn kwamen of werden gehaald. Dat was verschrik kelijke, weerzinwekkende realiteit (wordt vervolgd) 17

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1975 | | pagina 17