Z^ondagmiddag in de <~Prouincie Onder een stille, grijze lucht liggen de straten zondagsverlaten. De huizen gepoetst. De paden geharkt, zitten de mensen verveeld en gelaten, in hun goeie goed, Tee Vee te kijken of te praten. Kinderen lezen stripverhalen. Pikken snoepjes van de schalen. Ik zie als op een plaatje, die huizen in dat straatje. De mensen daarbinnen, zo lusteloos en niet blij. Massaproducten van de welvaartsmaatschappij. Jeanette Weyrich De topsnelheid van 12 mijl mag door sommigen "zuinig" genoemd worden; men mag niet vergeten, dat bij een hoogere snelheid de kosten al direct zeer veel hooger worden. Twaalf mijl is voldoende voor het doel, dat met deze kruisertjes wordt beoogd: Het op treden tegen ongehoorzame of recal citrante vischers, smokkelaars, etc. Toen het schip aan alle kanten bekeken was, doken ergens achteruit opeens djongossen op met allerlei smakelijke zaken, zoodat aldra iedereen met vol len mond en een glas in de hand rond liep. En toen begon de sergeant de batterij te probeeren. Twee kanons van 3,7 cm, één aan bak boord en één aan stuurboord. Deze vuurmonden hebben een draagwijdte van 2000 meter. Drie schoten aan stuur boord en drie aan bakboord. Eén on geveer loodrecht op de vaarrichting van het schip, één nagenoeg recht vooruit en één omlaag. Er kunnen ver- schervende of slechts gatemakende projectielen worden afgevuurd. Om de menschen op de "Bantam" een idee te geven, welken indruk een op zijn doel afstormende politiekruiser in volle zee maakt, was even na ons ook de "Bogor", het tweede nog niet ge reed zijnde exemplaar, uitgevaren. De "Bogor" manoeuvreerde naast, voor en achter ons en onze indruk was, aldus de pers, weldat je als eenvoudige visscher, doch ook als brutale smok kelaar een hopeloze optimist moet zijn als je meent te kunnen ontkomen aan zoo'n grijs monster. Twee krachtige zoeklichten maken ver der alle hoop om in de duisternis te ontsnappen ijdel. Last but not least, het schip is van een krachtige radio installatie voorzien. Voor deskundigen moge dit alles ook zeer belangwekkend geweest zijn, voor vele gasten was na het gebulder van het geschut de grootste sensatie voor bij en voor hen richtte zich dan ook de belangstelling andermaal op saucij zenbroodjes en wat dies meer zij. Het was al laat in den middag toen de gasten huiswaarts keerden. De Gouvernements Marine was een keurig schip rijker geworden. Het heeft heel wat jaartjes geduurd eer ik het genoegen mocht smaken om het commando te voeren over een dergelijk keurig scheepje. Oorlogs monster no. 2 had in Europa reeds toe geslagen en lag in onze gebieden op de loer. Ik zat op afdeling K van het Department van Scheepvaart als rech terhand van de inspecteur van Scheep vaart V. Nederost toen ik bij het On- derhoofd heer J. Kuyper werd geroe pen. "Backer Dirks" zei hij: "Voel je er wat voor om met mij een kort reisje te maken met de "Cheribon"? Die vraag werd mij gesteld december 1940 reeds na Sinterklaas en de moge lijkheid zat erin dat ik door een derge lijk reisje met de Kerstdagen niet thuis zou zijn. Desondanks was de vraag niet aan dovemansoren gesteld. Het politie-kruisertje "Cheribon" was net vaargereed gemaakt. Heer Kuyper wilde een inspectietocht maken. Ik moest de navigatie op me nemen. De reis zou geschieden met een hier en daar bij elkaar gescharrelde beman ning, terwijl de kok en de twee be dienden geleverd werden door een bediendenkantoor. Maandagochtend was ik om 8 uur aan boord om de laatste zaken te regelen. Blandja, water en olie waren reeds aanwezig, dus toen Hr. Kuyper om 10 uur arriveerde met zijn echtgenote, die hem weg bracht, konden we meteen vertrekken. Met een gezapig vaartje voeren we de kom van Tandjong Priok uit en toen het daarbij bleek dat het scheepje heerlijk door het water gleed, zoals de schaatskampioenen over het ijs, werd aangezet tot de topsnelheid van 12 mijl, terwijl koers gezet werd naar Pontianak. In de Java-zee kwam de Westmoesson goed door; deze stond dwars op onze koerslijn, waardoor het schip belangrijk slingerde, hetgeen onaangenaam was, doch niet ernstig, ware het niet, dat de bedienden en de kok zeeziek waren en wel zodanig dat er van koken niets terecht kwam. Aangezien de reis slechts enige dagen zou duren en het schip een frigidaire aan boord had, had ik geen eten in blik meegenomen. De eerste avond moesten we het derhalve zonder schaften doen. De volgende dag toch ook. Ook toen stond de zee goed door. Wat nu? In de Zuidingang van de Gasperstraten zijn we aan lijzijde van een eilandje ten anker gegaan om even te koken en te eten. Natuurlijk zoveel dat we 24 uur erop konden teren. Daar na werd de tocht vervolgd. Woensdag-daglicht stoomden we heel rustig de Kapoeas op en tegen de mid dag werd afgemeerd aan de Gouver- nements-steiger, waarna een enigszins ontstelde havenmeester uit zijn kantoor kwam hollen, Hr. van der Weide, die dit bezoek nimmer had verwacht. Donderdagochtend ontmeerd en na de drempel gepasseerd te zijn werd koers gezet op de Riouw-archipel. De reis was echt gezellig en gemoedelijk. Hr. Kuyper wist een bijzonder aangename sfeer te scheppen. We waren zo goed mogelijk vrij in ons doen en laten. Vrijdag in de achtermiddag stoomden we tussen de eilanden van de Riouw- archipel en werd geankerd nabij het kustlicht Terkoelei. Eén van de kleine sloepen werd gestreken en daarmede werd naar de wal geroeid om het kust licht te inspecteren d.w.z. ik contro leerde de victualie en de medicijnen op aanwezigheid en juiste hoeveelheid. Ook werd de sterkte van het licht ge verifieerd en de financiën alsmede het het bezoekenboek werd doorgenomen. Niet alleen dat al deze dingen in orde (lees verder volgende pagina) 7

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1975 | | pagina 7