JEUGDJAREN (id Pandeglang MIJN INTELLIGENTE HOND door Zus Beynon Toen mijn ouders allebei nog in Pande glang woonden, kwamen we in de grote vacantie thuis, 't Huis was niet zo heel groot, maar de tuin daarentegen enorm. Achter de bijgebouwen, die in dezelfde richting als 't huis stonden was een wildernis. Een woudreus lag daar, door de bliksem geveld, op en over andere bomen heen op de grond met zijn wortelstelsel bloot, zodat sommige wortels loodrecht omhoog wezen. Voor de jongens een geweldige plaats om te spelen en te jagen, maar je moest wel uitkijken voor slangen. Ik kwam daar niet zo graag, was liever bij Ma, die ik toch al zo weinig zag. Maar nu had ze 't druk met vijf kinderen thuis. Soms zei ze tegen me: "Ga jij vanmiddag maar met baboe naar de pantjoran". De pantjoran was midden in 't bos, een kwartier lopen langs een voetpad. Hoe dichter je 't stroompje naderde, hoe drukker 't er werd van kinderen en vrouwen. Een blij gevoel kwam over me als ik 't water hoorde ruisen en de kinderstemmen steeds luider werden, 't Werd ook zo heerlijk koel. Eindelijk waren we er. Vrouwen, die hun kinde ren een bad gaven en zelf onder de pantjoran stonden, met hun kletsnatte sarong onder de oksels geknoopt. Ve len hadden hun wasgoed meegenomen en waren ijverig bezig hun kleren op de stenen te kloppen. Ik voelde me best thuis tussen de spet terende troep, hoewel er geen ander Europees kind bij was. Nieuwsgierig werd er bij mijn baboe geïnformeerd: "Anak saha eta?" 'Anak toean Oetan!" Er waren ook vacanties, dat mijn moe der 't nog drukker had. Dan kwamen Oom en tante (zuster van vader) uit Madoera met vier kinderen in Pande glang logeren. Ma kon ze wel onderbrengen. De kin deren bij elkaar op matrassen op de grond en de ouders in de logeerkamer. Een gezellige boel, dat wel, maar nie mand stond er eigenlijk bij stil, wat 't voor mijn moeder was. Ze moest er ook voor zorgen, dat 't eten op tijd klaar was en de was gedaan. Bij uit stapjes was er 't nodige te regelen voor de picknickhapjes. Op Zondag gingen we dan met z'n allen in vijf of zes sado's naar de zwa velhoudende baden, waar 't vreselijk stonk, en 't water lauw was. 't Moest wel gezond zijn, maar niets voor kin deren. Verderop was er een oud na tuurbad; de kanten wat glibberig en de omgeving donker en somber. In deze tijd zou 't een ideaal oord zijn midden in 't bos. Nee, veel aantrekkelijker voor de kin deren was de zee bij Laboehan. Daar gingen we heel vroeg met de trein naar toe, de W. kust van Bantam. Een prachtig strand helemaal voor ons al leen. De dames hadden toen nog geen zwempak, maar lieten zich heerlijk drij ven op de sarong, die ze onder de armen hadden geknoopt. Er ontstond dan een grote luchtbel onder de natte gebatikte stof. Wij kinderen, in hansop, probeerden te zwemmen of zochten 't strand af naar mooie schelpen, die daar vooral te vinden waren. Moe en hongerig stort ten we ons daarna op de lempers of nasi goreng, waar Ma voor gezorgd had. Begin van elke maand deed mijn moe der haar boodschappen op Pasar Se- nen en natuurlijk was ik van de partij. Per sado reden we Kemajoran - Defen- sielijn van den Bosch uit, linksaf Goe- noeng Sari tot de Pasar. Eerst naar de vrouwen, die djamoe djamoe en boemboe dapoer verkoch ten (Ma was nl. amateur kruidendokter. Ze verzamelde zelf of kocht de kruiden, die in de zon gedroogd, gestampt en gebotteld, voorzien van etiket verkocht werden. Djamoe galian en seriawan oesoes of hoe ze verder heten. De samenstelling had ze van een tante ge leerd. Onder haar klanten waren veel Chinezen, o.a. tokohouders. Dat merk ten we wel met Oud- en Nieuwjaar, als er grote taarten of vuurwerk aan ons adres bezorgd werden.) Na de kruiden ingekocht te hebben, liepen we langs de kramen met zoute vis en kroepoek in alle soorten. Terwijl Ma haar boodschappen deed, had ik 't druk met zoeken naar foto's van filmsterren in stapels oude kranten of tijdschriften van de verkopers. Clara Bow, Janet Gaynor, Ramon Novarra, enz. U kent ze allemaal wel. Veel bij zonders vond ik er niet, maar een kind was in die tijd met weinig tevreden. Intussen was een katjong met pikoelan bij mijn moeder komen staan en die deponeerde alle boodschappen in zijn manden. Na de blandja op de pasar liepen we naar de toko's aan de overkant van de straat. Ma had natuurlijk haar vaste winkels, waar beras, ketjap, stroop, kaas, enz. werd ingeslagen voor een hele maand. Al die voorraden konden uiteraard niet mee in de sado, daarom werd een grobak aangeroepen, waarvan de koet sier of grobakvoerder alles aan huis bezorgde. (lees verder volgende pagina onderaan) In Indonesië had ik een hond, Beertje genaamd, een zeer intelligent beest. Op een dag verloor hij zijn penning, werd op straat prompt gevangen en naar het hondenasyl gebracht, tot groot verdriet van mijn zoon, toen negen jaar oud. Tegen de gemaakte voedingskosten en een kleine vergoeding haalde mijn man het dier weer thuis. Wat was mijn zoon blij, toen hij bij thuiskomst van school de hond weer aantrof, die hem dan ook uitbundig begroette. Natuurlijk kostte het mij een nieuwe penning. Bij het bevestigen ervan aan zijn halsband, hield ik een hele preek. Laat hem na enige tijd tóch weer zijn penning verliezen, nü met halsband en al. "O, Beertje", riep ik boos uit, "moet ik dan steeds nieuwe penningen voor je kopen? Je zoekt nu je penning maar hoor, vort!" Mijn huisgenoten lachten mij flink uit. Ze zeiden: "Je bent stapel, dacht je nu heus, dat het beest jou snapt?" Ik lachte maar wat en haalde mijn schouders op. Ongeveer een uur later hoorden we Beertje blaffen. Hij stoof de kamer binnen, trok aan mijn jurk, hapte naar mijn pols en trachtte mij zo mee te krijgen. Gewillig stond ik op en volgde hem en met mij de familie. De hond rende voor ons uit de tuin in. Op een bepaalde plek stopte hij en om mijn aandacht ergens op te vestigen, verschoof hij met z'n voorpoot een voorwerp, dat op de grond lag. Hij keek blij en blafte luid. Toen ik naderbij kwam, bleek het voor werp zijn halsband met penning tezijn! Si Bulus. HOTEL "DE RUITER" HOUTHEM bij Valkenburg (Z.L.), St. Gerlach 43 tel. 04406 - 4 03 18. Riant uitzicht op het Geuldal doet denken aan de mooie rustige om geving van de Preanger Zeer geschikt voor diegenen die op me disch advies een rustkuur moeten onder gaan. Met dieet-patiënten wordt rekening ge houden Alle kamers centraal verwarmd en voorzien van warm en koud stromend water. Prijzen per persoon en per dag; incl. be diening en B.T.W. Logies met ontbijt f 17. p.p.p.d. Half pension f 25,p.p.p.d. Kamer met douche en toilet, logies met ontbijt f 25,p.p.p.d. Kamer met douche en toilet, half pension f 32,p.p.p.d. 20

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1975 | | pagina 20