lil iV i Dl, ONZE VRIEND (Vervolg: Zo maar een terugblik) gezet bij hotel Homan. Havenmeester Fray bracht rapport uit bij de H.I.S. Havenmeester Sijtsema reed met één van de door evacués achtergelaten auto's naar zijn gezin te Poerwakarta. Gezaghebbers Kool en Tismeer waren reeds eerder met een andere door evacués achtergelaten auto richting Bandoeng afgereden. Vrijdagavond bereikten zij Tasikmalaja. Hier was reeds het bericht van overgave door gekomen. Daarom leverden zij hun pistolen in bij de Militaire Comman dant ter plaatse. In de tangsi's lagen stapels wapens. Overnacht werd in het paviljoen van de Assistent-Resident. Van slapen kwam natuurlijk niet veel; in het duis ter van de nacht trokken de Jappen Tasikmalaja binnen. Zaterdagochtend werd doorgereden naar Bandoeng. Moeilijkheden werden op deze rit niet ondervonden, zodat 's avonds Bandoeng werd bereikt. En nu maar afwachten wat er zou ge beuren. F. C. BACKER DIRKS Geraadpleegde literatuur: Rapport van Havenmeester J. Fray, ingediend bij de H.I.S. "In konvooi" door A. J. Graffelman. "Varen in oorlogstijd" door S. J. Graaf van Limburg Stirum. "Vaarwel tot betere tijden" door J. C. Bijkerk. Opkomst en ondergang van onze Gouv. Marine" door C. Hokke. (PETJOH) WAANZINNIG Froeher ik ken iemand hij is een beet je erh sienting. Hij is erh bang foor kippen en noh erher foor een chaan. Toen ik fraah chem waarom hij bang foor een chaan hij seh omdat hij lijk op een djagong en daarom chanen willen chem altijd opeten. Toen ik seh tehen chem hij is een mens net als ik en ik haat sa men met chem foor de spiehei staan. Toen ik seh: "Je siet nu self, je ben een mens net als ik alleen jij een beetje lelijker." Toen hij haat tevreden weh. Ik deng ik heb chem fan zijn angst verlos. Maar toen opeens hij loop erh gard weh omdat daar loop een hrote chaan. Ik haat ook gard lopen en toen ik heb chem inhehaald ik wor een beetje boos op chem en ik seh: "Wij toh samen foor de spiehei hestaan en je heb self hesien je ben heen djagong." Toen hij seh: "Ja maar chaannja hij staat niet derbij, alleen jij en ik, dus hij weet niet ik ben heen djagong." Toen ik heef maar op, foor henesen soon iemand je moet fieseprater sijn anders je ken niet. TEEHAHA Di kwam voor de baan van tuinjongen en werd direct aangenomen. Hij was misschien 30, zag er netjes uit, was erg beleefd en was sterk. Hij bleek ook een geweldig goed mens te zijn. M'n broers en ik waren in de wolken met Di. Hij was paedagoog eerste klas. Veel dat we over planten, bees ten, het weer, en zelfs mensen weten, leerden we door de jaren van hem. Di was tuinjongen, leermeester, "oppas", en we lieten hem weinig met rust. Als we een cent hadden voor een vlieger zei Di: "Djangan beli, Di bikin." Hij, op z'n hurken, sneed 't dunne bamboe geraamte met vlugge en vaardige handen, spande er papier over en vóór we 't wisten hadden we een vlie ger. Beter dan we voor een cent had den kunnen kopen. Hij leerde ons ook hoe een vlieger op te laten en hoe te vliegeren. Menige middag zaten we op onze blikken met vliegertouw zoals Di 't ons had geleerd. Als je erop zit kan je niet vieren immers. We werden ook handig in 't vangen van djankriks. Di liep met de patjoel en wees ons hoe we ze konden vin den. Als je een bergje zand zag streek je 't glad en dan zag je wat zand weg zakken, daar was dan 't gat. Met de patjoel opende je 't dieper, in de rich ting van de tunnel, voorzichtig natuur lijk, en daar was je djankrik. Bruin, met figuurtjes op z'n glanzende vleu gels en een gele streep op de rug achter z'n kop, of zwart met dezelfde figuurtjes en streep. Di had een bam boe boemboeng, niet te groot van om vang, sneed er in de lengte een kant af, dat was 't deksel. De bamboe had schotten en dus kon je er drie of vier djankriks in huizen. Dat hing van de lengte van de boemboeng af. We voer den ze rijst en rode lombok om ze "pedis" te maken voor vechten. De boemboeng werd onder 't bed ver stopt en m'n moeder zocht zich wild naar al dat "ngerik". Gangsirs ving je anders. Er was meer los zand over hun gaten en ze waren groter. Daar had je een emmer water bij nodig en een blikje. Je bleef maar water in 't gat scheppen totdat' een dikke, lelijke, bijna vleugelloze gang- sir naar buiten kroop. Die waren voor de kokki om te bakar aan een stokje. Ze smulde ervan. Di maakte ook "gelindings" van de schil van de djeruk Bali en koeien van ampas kelapa, die we met een touwtje achter ons aan trokken. Zijn paarden van gedebok pisang waren de beste die we ooit hadden. Di scheen er eindeloos plezier in te scheppen ons van alles en nog wat te leren. Op onze excursies door de tuin met hem zagen we wel eens een Javaanse begrafenisstoet langs komen. Di plaagde m'n jongste broer ermee. "Gotong njoo, gotong," zei hij, en "njoo" werd dan bang. Di legde hem uit dat hij er niet bang voor hoefde te zijn. Met een "sudah tempohnja, njoo," eindigde hij z'n sermoen. Kokki kwam op een dag zeggen dat Di ziek was. Hij had buikpijn en sakit panas, zei ze. Toen hij weer binnen kwam zag hij wat bleek maar was overigens de oude. Hij nam ons mee naar de kali om "millioentjes" te van gen (in onze zonnehoedjes, je weet wel die witte). Maar 's'middags gaf hij de planten geen water en ging vroeg naar huis. Di stierf een paar dagen later. M'n vader vermoedde dat hij blinde darm ontsteking had. Di passeerde ons huis nog één keer. We wisten dat hij 't was en we zaten voor op 't muurtje op hem te wachten. "Sudah tempohnja" of niet, we hadden een goede vriend en een geduldige leermeester verloren. En dat wisten we ook. J.L. "BRAZILIË heeft in 1975 de uitvoer van sojabonen opgevoerd van 891 tot 1.303 miljoen." en een gedeelte van die 1.303.000.000 vindt U bij toko Tong-Tong! Pro (of Ultra)-Soy per pond f 5,50 half pond f 3, Sojabonen per pond f 1,50 Sojameel per pond f 1,50 Pro-Soy gebruiken bij gehakt, kroketten en alle recepten waarbij soja- pulp is voorgeschreven. "LEVEN MET SOYA", door Harryet Marsman 15,90 Dit boekje tezamen met 1 pond sojabonen, 1 pond sojameel voor f 21,U spaart dan f 3,40 aan portokosten uit. "Leven met Soya" plus 1 pond pro-soy f 24,50 (besparing porto kosten f 3,40). 18

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1976 | | pagina 18