Het wapen der Militaire Luchtvaart
KNIL
Een Roemrucht Wapen (VIII)
De laatste fase van de 100 dagen oorlog
Het einde van de luchtoorlog boven ons eilandenrijk was genaderd. In de voor
gaande artikelen heb ik beschreven hoe de oorlog is aangevangen aan de
periferie: Malakka, Brits N. Borneo, maar ondanks heldhaftige tegenstand drong
de Japanse krijgsmacht onweerstaanbaar op, oppermachtig en niet te stuiten.
In het laatste artikel heb ik chronologisch de plaatsnamen genoemd in de
archipel waar zwaar gevochten werd en we zagen duidelijk dat de omsingeling
van het hoofdeiland Java werd voltrokken.. Want op dit eiland zetelde immers
de regering en bevond zich het hoofdkwartier van de geallieerde land-, zee-
en luchtstrijdkrachten, het z.g. ABDA-Command (American, British, Dutch and
Australian Forces) onder leiding van de Britse veldmaarschalk Sir Archibald
Wavell. Dit Commando heeft slechts 42 dagen bestaan, maar over het ontstaan,
werkwijze en uitvoering is beter het stilzwijgen te bewaren.
boek van Hagers staat lakoniek: "Ge-
crashed na een achtervolging door
Zero's"meer niet.
Het is niet mogelijk gebleken alle
Glenn Martin bombardementen te ver
melden. Rapporten zijn onvolledig, er
worden weinig namen genoemd, data
zijn soms weggelaten, de doelen wor
den vagelijk aangeduid. Het geheel
geeft een vermoeide indruk. Vermoeid
en zenuwslopend. Want na 12 februa
ri begonnen de Glenns aan de bom
bardementen op de opstomende in-
vasievloot bij Banka en op de rivier
de Moesi. Ook de bezette vliegvelden
en olieraffinaderijen te Pladjoe en
Soengai Gerong waren doelen. Een nu
volgend overzicht geeft een beeld
van de prestatie: 15-2-42. Een onbe
kend aantal Glenn Martins bombar-
Kapt. VI. wn. A. A. M. van Rest met een aantal jachtvliegers.
Eind januari 1942 waren alle buiten
Java opererende afdelingen weer op
de thuisbases terug. Gedecimeerd
door de strijd moest een reorganisatie
en een herdislokatie plaats vinden.
Op 1 februari 1942 zien we op Andir:
1 VLG I Glenn Martins olv. Kapt. van
Randwijk, 2 en 3 VLG V Brewsters
Buffalo jagers olv. resp. Kapt van
Rest en de 1e Lt. Tideman; op Kalidjati
2 VLG I Glenn Martins olv. Kapt. de
Senerpont Domis, een gedeelte van
3 VLG lil olv. de 1e Lt. Wolff en de
vliegschool olv. Kapt. Ir. Asjes; 1
VLG II Glenn Martins werd verdeeld
in 3 patrouilles en verspreid over Sin-
gosari, Pasirian en Maospati alwaar
ook de 1e Lt. van der Poel aanwezig
was met zijn 1 VLG IV Curtiss Hawks
terwijl de "Oosthoek" verdedigd werd
door 2 VLG IV olv. de 1e Lt. Anemaet
met Curtiss Interceptors en gestatio
neerd te Perak. Op Tjililitan vinden we
2 VLG III Glenn Martins olv. de Kapt.
Boot en 3 VLG IV Brewster Buffalo's
olv. de 1e Lt. de Vries en op Semplak
nabij Buitenzorg vinden we de 2e pa
trouille Glenn Martins 3 VLG III van
de 1e Lt. Wolff en de Brewsters van
1 VLG V olv. de Kapt. van Helsdingen.
Verkenningsvliegtuigen in West Java
vinden we op de vliegvelden Tjikem-
bar, Tjililitan, Tjileungsir en Pameung-
peuk, alle behorende bij VLG VI.
Commandanten van deze patrouilles
waren de 1e Ltn. Verhoeven Oostin-
dien en Cox. Een andere patr. was
geplaatst op Magelang olv. de 1e Lt.
Staal voor de verkenningsdoeleinden
in Midden-Java. In Oost Java waren
gestationeerd 2 patrouilles te Singo-
sari en Bangsal olv. resp. de 1e Lt.
Staal en Meelhuizen. Alle verkennings
patrouilles behoorden tot de VI vlieg-
tuiggroep. Vliegtuigtypes: Curtiss Fal
cons, Lockheed 212, Koolhoven FK51.
Tenslotte waren de transportvliegtui
gen van de ML, de Lockheed Lode
stars verspreid in West-Jaya, met als
hoofdbasis Andir. Afdelingshoofd was
de kapt. de Mul.
In Februari 1942 kwamen de jachtvlieg
tuigen spoedig weer in actie en wel
op 3-2-42, maar de Glenn Martin bom
menwerpers hadden het betrekkelijk
rustig tot medio februari. Toen begon
de laatste fase van de offensieve ope
raties tegen de krachtig opdringende
vijand. Tijdens de stilte voor de storm
heeft de ML niet de gelegenheid ge
kregen de zwakke bewapening van de
Glenn Martins te verbeteren. Zij ble
ven dus vrijwel kansloos tegen de
snelle en goed bewapende Japanse
jagers. Ook het broodnodige onder
houd aan de intensief gebruikte ma
chines kon niet goed worden gedaan
vanwege de verspreide opstelling van
de groepen met alle fatale gevolgen
van dien.
Op 9-2-42 werden Kemajoran en Tji
lilitan aangevallen. Vele vliegtuigen
gingen op de grond verloren. In de
lucht werd de Glenn Martin M-538,
bestuurd door Sgt.-maj. Galistan, te
rugkomende van een verkenningstocht
neergeschoten. Een andere bommen
werper gevlogen door de 2e Lt. Hagers
werd ook afgeschoten, maar allen
kwamen er heelhuids uit. In het dag-
deert schepen op de Moesi - geen
verdere bijzonderheden.
16-2-42. Bombardement van het vlieg
veld Palembang I. Hierbij gaat de
machine van Vdg. Postma verloren. Hij
sneuvelt - van de overige bemannings
leden is niets bekend.
17-2-42. Wederom een aanval op Pa
lembang I. Vdg. Haye maakt een nood
landing op een veldje nabij Lahat. De
bemanning weet na een avontuurlijke
tocht -dwars door het Boekit-Barisan
gebergte naar Benkoeien en vandaar
per boot vol évacuées naar Tjilatjap,
Bandoeng weer te bereiken. Sgt. Bak
ker wordt ten zuiden van Palembang
neergeschoten. Zijn relaas is weerge
geven in de vorige T.T.
19-2-42. Pladjoe en schepen op de
Moesi gebombardeerd. Eén van de
vliegers is Sgt. van Onselen.
21-2-42. Pladjoe met 4 Glenns gebom
bardeerd. Leider is de 2e Lt. Schaft-
lein.
(lees verder volgende pagina)
•tvm-.
30