VAMU NEDERLAND Natriumarm - Zoutarm Ketjap Natriumarm - Zoutarm Kedelé Kroepoek Natriumarm - Zoutarm Sambal MEER DAN RIJSTKORRELS gen we de vrachtwagen van een arang- brander, een van de weinigen die nog benzine kon krijgen voor zijn vehikel. Arang had prioriteit, het was onmisbaar voor de bevolking. En in Bandoeng zei ik mijn oude getrouwen dat ze nu door moesten reizen naar hun veilige kam ponghuis in Poerwadadi. Ik kon de ver antwoording voor meer dan mijn vier kinderen niet op me nemen. Ze huilden, djongos en kokki, maar ze gingen. Er volgden zware weken van zoeken naar asyl, maar zo verlicht door hulp uit onverwachte hoeken dat de last nauwe lijks drukte. Een ongemakkelijke tijd, maar niet een ondragelijke; op mysteri- euse wijze blééf het Boemi Kassi. Ik vond tenslotte onderdak in een huis waarin zich meerdere vrouwen hadden verzameld die in net zulke omstandig heden verkeerden als ik. Van daaruit reed ik op een dag per sado naar het ziekenhuis om mijn oud ste zoontje op te zoeken, ernstig ziek, maar gratis, vakkundig, en vooral lief derijk verpleegd. Op die rit kwam ik een dagang tegen die pisang ventte. Tot mijn stomme verbazing herkende ik in hem de djongos. Hij herkende mij ook. Ik liet de sado stoppen, de djongos smeet zijn manden over de grond. Hij kwam aanhollen, omklemde snikkend mijn knieën en riep: ,,bent u daar ein delijk! Waar woont u nu?" Ik begon meteen: ,,maar ik kan me niet veroorloven en hij antwoordde nog voor ik uitgesproken was: doet er niet toe." Werkelijk, ik overdrijf niet. Drie dagen later stonden kokki en hij weer voor me en hielpen als vanouds. Na maanden brachten ze ons tot de poorten van het kamp waar de kinderen en ik in moesten en huilden omdat ze niet mee naar binnen mochten. En nog ben ik niet uitgekwinkeleerd over deze mensen-uit-duizenden. Het volgende stukje betreft voornamelijk de oude vrouw die onze kokki was. Toen we op de onderneming terugkwa men na de oorlog, was het bersiaptijd. We leefden in een terreurtoestand, weggemoffeld onder een schijn van vrolijke luxe. Het personeel hadden we bij terugkomst teruggevonden in hun kamponghuis; een aandoenlijk weer zien. We zaten op een middag thee te drin ken in de zijgalerij. De kinderen speel den met autotjes op de stoeprand. Er zwaaide plotseling een militaire truck het erf op; hij stopte drie meter van ons tafeltje. Uit de cabine stapte de com mandant. Op de laadbak erachter richt te een jeugdige pelopper de loop van een op voetstuk gemonteerd machine geweer en liet het wapen suggestief heen en weer zwaaien, de kinderen en ons bestrijkend. De commandant som meerde mijn man hem medicijnen te verschaffen voor zieken onder zijn troepen. De kinderen, beseffend dat er iets ernstigs aan de hand was, keken om naar ons. Maar we gedroegen ons alsof er gewoon een klontong op be zoek was of zo, zodat ze gerustgesteld verder speelden. Overhaast weglopen was het domste wat je doen kon. Gele Meerbloem 13 Wateringen Telefoon 01742-3280 VOOR AMSTERDAM ARCHIPEL Karei Klinkenbergstraat 115 Telefoon 020- 1371 57 Mijn man legde de commandant uit dat hij geen medicijnen in huis had. Ze wa ren te krijgen in het ondernemingszie kenhuis aan de kleine aloon-aloon, van de Indonesische arts. Dit antwoord zin- de de man kennelijk niet. Hij fronste, en de pelopper begon met de trekker van het machinegeweer te spelen. Op dit moment van crisis verscheen ongeroe pen ons oude kokkietje om de hoek van het huis. Ze naderde als gewoonlijk erg rustig. Ze hurkte bedaard voor de stoeprand, tussen de kinderen en de truck, en keek pal in de loop van het geweer, met om haar mond het vage, serene halve glimlachje van altijd, ledereen was een ogenblik doodstil. Toen blafte de commandant een order. Hij sprong de auto in, de pelopper drukte de geweerloop omhoog, de truc reed het erf af, de kinderen speelden verder. De kokki nam het theeblad van de tafel en wandelde naar de keuken terug. Nog altijd zweeg iedereen. Van mijn kant althans was dat een soort van shock-reactie. Pas later heb ik de oude vrouw om de magere schouders kunnen vatten, in dank voor het mooi ste moedige gebaar dat ik ooit iemand met eigen ogen heb zien maken. Dat jaar brachten djongos en zij ons naar Priok, omdat we voorgoed naar Holland teruggingen. Ik wist hoe ze zich voelde: zoals ik me gevoeld zou hebben als mijn eigen kinderen me, nog geen tien jaar oud, waren afgenomen. Haar hart brak in tweeën. Zo lang ik leef zal ik niet vergeten hoe ze weg- strompelde langs de kade, blind van tranen. Het brieven- en pakjes uitwisselen duurde helaas niet lang; het nieuwe In donesische régime maakte het onmoge lijk. Maar vijf jaar geleden kwamen we, gedurende een lange reis, drie dagen op Java terug en bezochten de oude on derneming. Hij leek een leeg schelpje op het strand van de tijd. We vonden er onze oude chauffeur. Of eigenlijk, hij vond ons. Hij woonde daar niet. Maar een oude mandoer had een profetische droom gehad en hem gewaarschuwd dat we binnen een week zouden ver schijnen. Ook deze mandoer was pre sent. Van hun hoorden we dat de djon gos dood was. Maar de kokki woonde nog altijd op Poerwadadi. We zochten haar op. Ze was hoegenaamd niet ver anderd. Alleen had ouderdom haar sereniteit vervolmaakt, zodat aardse narigheden haar niet meer deerden. Ze verzocht me, mijn zonnebril af te zetten, bekeek me aandachtig, en zei vriendelijk: "Ja, oud geworden". „Het is ook zo'n lange tijd, kokki, twin tig jaar", zei ik. Ze riep verbaasd: „twintig jaar?" want de vlerken van de tijd hadden geen schaduw op haar achtergelaten. Nu is ook zij dood; Iping, de chauffeur, heeft het ons bericht. Ik gedenk haar zoals ik het mijn eigen moeder doe. E. MEIJER-BROUWER. Verkrijgbaar bij; Tong Tong, Prins Mauritslaan 36 DEN HAAG - Telefoon 070 - 54 55 00 schenkt de padi aan het volk van Indonesië. Voor de kun stenaars (en dat zijn er velen) levert de halm ook het ma teriaal voor kaarten, schilderijen en andere fijne kunstwerk- jes.Gedroogd, platgeslagen, gevernisd of geverfd, dan met meesterhand tot ragfijne tafreeltjes gesneden, blijft de pa- dihalm toch herkenbaar. De kaarten die wij momenteel in huis hebben zijn vervaar digd door de beste snij-kunstenaars op dit gebied. Ze worden verkocht ten bate van een sociale instelling in Indonesië. Er zijn plm. 10 tafrelen, kosten 3,50 per stuk met enveloppe. Toko Tong Tong.

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1976 | | pagina 21