De Tijgers van Sumatra
HET GELUK VAN HETJAGEN
KIMM Indische spekkoek
"De jacht behoort tot het zuiverste
repertoire van het menselijk geluk"
José Ortega Y Gasset.
Vele jagers/lezers van Tong-Tong zul
len zich de spannende jachtbelevenis-
sen, opgetekend en verteld door de
gebroeders Kloër, Rudi en Dolf, die
leven en werken in de Lampongs
(Zuid-Sumatra) herinneren. Het ver
haal b.v. van een drieste koningstijger,
die achter een hond aanzat en tot ont
steltenis van allen het dier tot in huis
volgde. En Dolf die een gewonde ha-
rimau in de dichte ondergroei, nota-
bene kruipend op z'n buik opspoorde
om 'm het genadeschot te kunnen
geven. De erecode van een rasechte
jager: Een gewond dier nimmer laten
verloederen. Ten koste van alles op
sporen en uit z'n lijden verlossen.
Saluut Dolf!
René, de oudste broer die in Does
burg woont, zocht Rudi en Dolf korte
lings in de Lampongs op en schreef
me:
"Hierbij ingesloten enkele foto's uit
de Lampung, waar ik begin van dit
jaar voor twee weken ben geweest. In
totaal was ik drie weken in Indonesia,
waarvan ook nog vier dagen in de
Oosthoek, t.w. Malang en omgeving
Djember.
Maar om terug te komen op de Gies-
ting/Lampung, mijn jongere broers zit
ten daar nog en hebben afgelopen
jaren ettelijke mensetende tijgers neer
gelegd (dit jaar tot nu toe twee). Tij
gers zijn sedert enkele jaren be
schermd en mogen slechts geschoten
worden als zij vee roven of mensen
doden. Een week voor ik kwam had
Rudi nog een tijger neergelegd die
vier mensen had gedood. Het is zo dat
een tijger er toe overgaat mensen te
slaan als hij b.v. gehandicapt is door
een oude verwonding of bv. wanneer
het dier hoektanden mist. Het tra
gische is dat heden ten dage op
Stort 15,op giro 158225 en
U ontvangt een spekkoek van
ca. 500 gram, in speciale ver
pakking, franco thuis.
"KIMM", Joh. Verhulststraat 98,
Amsterdam-Z. Tel. 020-72 84 61
Sumatra naar mijn mening meer
maneaters voorkomen dan vroeger
met meer tijgers in het veld.
Behalve de bekende redenen om
mensen te slaan, komt er nog bij dat
voor de tijger het bemachtigen van
normaal wild zoveel moeilijker is ge
worden door enorme ontbossingen
van de laatste jaren en de toegenomen
jacht door de mens op herten, wilde
zwijnen en ander eetbaar wild. De
Javanen waren vroeger een minder
heid in de Lampung, ze zijn nu in de
meerderheid. De uitdrukking Chris-
lam" heeft geen denigrerende bete
kenis meer, integendeel, het betekent
dat je ondanks je Islamgeloof modern
genoeg bent om tjelengvlees te eten
en het lekker te vinden. De Javaanse
methode om met honden en de toem-
bak (speer) te jagen is nu in de Lam
pung' vrij algemeen verbreid. Al met
al erg ongustig voor de wildstand op
Zuid-Sumatra (ook voor de tijger
stand).
Toen ik na zoveel jaren - mijn laatste
bezoek was in 1958 - weer op de
Giesting kwam, viel me het wegblijven
van de bosgeluiden op. Geen geblèr
meer van siamangs of het fors geroep
van de rangkoks. Zelfs het geluid van
de meest voorkomende vogels heb ik
niet meer gehoord. Vanaf de autoweg
route Tg. Karang-Kota Agung kun je
nog slechts het oerbos heel uit de
verte zien; vroeger kilometers oerbos
aan weerskanten van de weg.
Ik was "pangling" en voelde me iet
wat wrevelig."
Aldus de brief van Rene Kloër.
Ik geloof dat René e.e.a. volkomen
duidelijk heeft gezegd. De bevolking
van Java neemt in aantal toe; er is
daar geen plaats meer. Men trekt weg.
Waarheen? Sumatra. Boeren kunnen
daar land krijgen, maar moeten eerst
het bos rooien. Men plant padi en
djagoeng en ketela, maar daar hou
den tjelengs en mendjangans ook van!
De mens moet zijn bezit verdedigen,
doodt of verjaagt hert en wild zwijn.
Een is er die om in leven te kunnen
blijven zich beslist met deze dieren
voeden MOET. Dat is Setua, Radja
Hutan, de koningstijger. Als er geen
prooidieren meer zijn, vergrijpt hij
zich aan vee. En weer moet de mens
zijn bezit verdedigen. Niet altijd met
doelmatige wapens. De tijger wordt
maar al te vaak gewond, en is dan
zelf niet meer in staat vee te slaan.
Op een kwade dag komt hij een mens
tegen, een wiedende vrouw, een spe
lend kind. Eerst trekt hij zich terug,
bang voor die vreselijke mensenlucht.
Maar Setua heeft honger. Hij aarzelt.
De honger wint het van de angst en
hij valt aan. Verwondert zich hoe ge
makkelijk het is een mens te doden.
Eén enkele klap en het is gebeurd
En nu komt de Kepala Kampung Sau-
dara Rudi om hulp vragen. Rudi doet
zijn plicht en velt de tijger. Het kam
ponghoofd bedankt Rudi schriftelijk.
Keurige nette brief voorzien van hand
tekening en stempel. De rust is weer
gekeerd.
Natuurlijk is het onaanvaardbaar dat
een wild dier zich vergrijpt aan vee,
erger nog mensen doodt. Zodra ech
ter het evenwicht in de natuur wordt
gestoord, krijg je ontsporingen. En het
dier moet wijken; het redeloze dier
verliest altijd. Eens, misschien niet zo
heel lang meer, zal de tijger, sieraad
van het Sumatraanse woud en de uit
gestrekte alang-alang wildernissen
verdwenen zijn. Voorgoed.
G. H. BARTMAN
Links: een door Rudi geschoten "man-killer", die drie mensen had Rechts: Dolf bij zijn geschoten veedief, 29 mei 1976.
gedood en een zwaar gewond. Het geweer is een 7 x 64 m.m.
Mannlicher-Schönauer.
20