Het Beroemde Citaat
Pad ï-kaar ten
Uit "De Tienduizend Dingen".
De interessante lezing met dia's van de heer Dick van Geldorp over Ambon,
waarheen hij was gereisd om de sfeer aan te voelen, de invloed van de Molukse
eilanden te ondergaan, die hij nodig had voor zijn vertaling van "De Tienduizend
Dingen" van Maria Dermoüt in het Indonesisch, herinnerde mij er aan, dat ik
nog altijd het voornemen had, een kleine verbetering aan te brengen in het
artikel van de Eerwaarde Pater L. van Belkom in Tong Tong no. 24 van 1 juli
1974: "De Woorden van Ts' ên Shén".
Hierin schrijft pater van Belkom op
blz. 6, 3e kolom onderaan: Maar de
man, die ik op het oog heb en die
H. G. Creel vermeldt, (Confucius and
the Chinese Way. New York 1949)
was een leerling van Confucius. (551
v. Chr.-479 v. Chr.) Binnen het raam
van de overgeleverde leer van Con
fucius schijnt Ts'ên Shên vooral naam
te hebben door zijn uitspraken over
de eerbied, die het kind behoort te
hebben voor zijn ouders."
Op blz. 7, 3e kolom midden in schrijft
hij: "Onder het citaat in "The Peren
nial Philosophy" schreef Huxley de
naam Sen T'sen.
Maria Dermoüt spelde die op aanra
den van een Chinese student Ts'ên
Shên. Pater van Belkom had van Ma
ria Dermoüt de eerste druk (1946) van
The Perennial Philosophy van Aldous
Huxley in handen. In de herdruk van
1972 staat op blz. 21 onder het citaat
inderdaad Sen T'sen.
Maar op de bladzijden 87, 88 en 89
van het Hoofdstuk "God in the World"
staat de volledige tekst van de Lering
in 12 strophen. Uit de 10e strophe is
het citaat genomen. Deze luidt:
When the deep mystery of one
Suchness is fathomed
All of a sudden we forget the
external entanglements
When the ten thousand things are
viewed in their Oneness
We return to the origin and remain
where we have always been.
One in All
All in One
If only this is realized.
Onder aan de 12e strophe staat de
naam van de mysticus: The Third Pa
triarch of Zen.
In "A History of Chinese Philosophy"
11 schrijft Fung Yu-lan op blz. 386
e.v. over "The Ch'an School":
"Van alle richtingen van het Chinese
Buddhisme is de meest volmaakt Chi
nese en waarschijnlijk de meest be
kende buiten China, die van Ch'an.
Deze naam, in het Westen beter be
kend onder de Japanse uitspraak
"Zen", is een afkorting van "Ch'an-
na", hetgeen de phonetische weer
gave in China is van het Sanskrit
"Dhyana", dat "Meditatie" betekent.
Volgens de Ch'an traditie ontstond
deze richting door de esoterische le
ringen die de historische Buddha (620
-543 v. Chr.) aan zijn lievelings-disci-
pel Ananda doorgaf. Deze bracht ze
weer over aan een reeks Indiase Pa
triarchen. Het was een rechtstreeks
doorgeven van de "Geheime Lering"
van mond tot mond, van geest tot
geest zonder het gebruik van het ge
schreven woord.
In 527 na Chr. ging de 28e van deze
Patriarchen, de beroemde Bohdi-dhar-
ma naar China. Dat was gedurende
de regering van Keizer Wu (502-549)
van de Liang Dynastie. Hij werd de
eerste Ch'an Patriarch van China. Na
zijn dood werd hij opgevolgd door zijn
discipel Hui K'o (487-593) als de
tweede Chinese Patriarch. Daarna
kwam SENG-T'SAN, (hij stierf in 606)
als de DERDE PATRIARCH, Dan Tao
Hs'in (580-636) als de vierde en daar
na Hung-Jan (604-675) als de vijfde
Patriarch.
Na de dood van Hung-Jan splitste de
school zich in een Noordelijke tak,
geleid door Shen-Hsiu (ca. 600-706)
en een Zuidelijke, geleid door Hui
Neng (638-713). Beiden werden door
hun volgelingen als de zesde Patri
arch beschouwd."
Volgens Alan W. Watts in "The Spirit
of Zen" wees de vijfde Patriarch Hung
Jan zijn discipel Hui Neng als zijn op
volger aan. Óm de afgunst van Shen-
Hsiu en de andere discipelen te ont
wijken, overhandigde hij hem in 't ge
heim zijn mantel en bedelnap, die zo
als werd verondersteld aan de BUD
DHA zelf hadden toebehoord.
Hui Neng liet een opmerkelijk werk
na, een verzameling hymnen en le
ringen, door een van zijn discipelen
bijeen gebracht en opgetekend. De
titel luidt: De SUTRA gesproken door
de ZESDE PATRIARCH op de HOGE
ZETEL van het JUWEEL van BUD
DHA'S LERINGEN. (DHARMARATHA).
Als regel wordt de term "SUTRA"
alleen gegeven aan leringen van de
BUDDHA zelf en aan die van de grote
Bodhisattva's.
De enige uitzondering is de "Sutra
van de Zesde Patriarch". Door zijn
waardige grootheid heeft deze Sutra
een plaats gekregen naast de Mees
terwerken van de Oosterse Geestelij
ke Literatuur zoals de BHAGAVAD
GITA, de TAO TE CHING, de DHAM-
MAPADA, de YOGA SUTRA'S van
PATANJALI en de Upanishads.
Maar wij zijn afgedwaald van de
DERDE PATRIARCH. Het prachtige
citaat is dus van SENG TS'AN, de
DERDE PATRIARCH van het CH'AN
BUDDHISME en niet van de discipel
van Confucius.
Aldous Huxley nam zijn citaten uit ge
zegden van Chinese Taoistische Phi-
losofen, van volgelingen van Buddha
en Muhammad, uit de Brahmaanse
Heilige Boeken en van Christelijke
Mystici.
Onder de uit de 10 strophe gelichte
regel op blz. 28 had ook SENG TS'AN
moeten staan, want Fung Yu-lan zal
wel de beste schrijfwijze geweten
hebben.
Wat doet een naam er eigenlijk toe,
zal men tegenwerpen. Is de schoon
heid van die verheven woorden niet
genoeg? Maar juist omdat zij zo mys
terieus zijn als een diep bergmeer,
vertroostend als een dageraad, is het
heerlijk, precies te weten, wie die
mystieke gedachten in woorden heeft
vertolkt. Hij is dus gevonden, het werk
is voltooid.
For work has no other aim Then
getting of Knowledge
When that comes, then work is
put away.
The flower blooms for the fruit
When the fruit comes, the flowers
withers.
Songs of Kabir. VI
Within the Supreme Brahman the
Worlds (Heavens and Planets and the
Ten Thousand Things) are being told
as Beads.
Look upon that Rosary with the Eyes
of Wisdom.
Songs of Kabir XIV
ROSALIE GROOSS
kunstwerkjes in padistroo,
12 verschill. tafrelen p. st. f 3,50
6 stuks f 20,incl. porto.
Opruiming briefkaarten met In-
don. tafrelen per stuk f 1,
Postpapier
10 vel plus enveloppe f 2,
22