De KNILM in Oorlogstijd Door O. G. WARD De Koninklijke Nederlands-Indische Luchtvaart Maatschappij - kortweg door iedereen in het voormalig Nederlands-lndië KNILM genoemd - was vooral de laatste tien tot vijftien jaren vóór de oorlog een begrip in de Indische samen leving. Zij voldeed immers aan de grote vraag naar snelverkeer in het uitgestrekt eilandenrijk, dat van Oost naar West gemeten ruim 5000 km beslaat. Gesticht op 16-7-1928 en heel eenvoudig op 1 november van dat jaar begonnen met de lijndiensten Batavia-Bandoeng en Batavia-Se.marang, ontwikkelde de Indische Luchtvaartmaatschappij zich in de daarop volgende jaren tot één van de be langrijkste in het Verre Oosten. Op 8-12-1941 kwam aan deze ontwikkeling een einde door het uitbreken van de oorlog met Japan. Het regende op de morgen van de 8e december. Op de hoek van de Wil lemslaan te Batavia stond het hoofd kantoor van de KNILM. De directeur was W. C. J. Versteegh. De directie werd reeds vroegtijdig van de oorlogs situatie op de hoogte gesteld. De KNILM behoorde tot de vitale bedrij ven, van direct belang voor het voe ren van de oorlog, want haar 29 vlieg tuigen (waarvan vier van de KLM) ver bonden op snelle wijze ver uiteenge legen en soms moeilijk bereikbare plaatsen in het grote eilandenrijk. Met haar eigen ervaren vliegend- en grond personeel en faciliteiten vormde ze een uitstekend functionerende trans portonderneming. Naast het regelmatige lijnvervoer stel de het Militaire Commando thans a- parte eisen en vrijwel iedere machine, die voor lijnvervoer gemist kon wor den, werd met bijzondere opdrachten belast, welke dikwijls onder gevaarlij ke omstandigheden en voor het groot ste gedeelte 's nachts werden uitge voerd in vrijwel de gehele Indische Archipel. Militaire- en burgerautoritei ten, documenten, munitie, voedsel en andere belangrijke goederen wachtten op onmiddellijk transport naar ver spreid liggende punten in de archipel. Het vakantie verkeer werd gestopt en het zakenverkeer tot het uiterste be perkt. Werd gedurende het grootste gedeel te van de maand december door de KNILM nog vrijwel normaal gevlogen op alle lijnen, zij het met wisselende schematijden - de voortschrijdende penetratie der Japanners maakte ech ter tegen het einde van het jaar 1941 ingrijpende veranderingen noodzake lijk. Het eindpunt van de Java-Borneo- lijn moest worden verlegd van Tara- kan naar Balikpapan, de Noord-Cele- bes-lijn voor Gorontalo, Menado en Ternate moest worden stopgezet, ter wijl de trajecten beoosten Ambon niet langer bevlogen konden worden. De karteringsopdrachten voor midden- Celebes werden stopgezet en het per soneel overgevlogen naar Java. De eerste klap moest worden gein- casseerd op 26-12-1941. Een Sikorsky amfibie van de KNILM, de PK-AFT naderde vanuit het oosten het Tonda- nomeer nabij Menado om een landing te maken nabij het MLD steunpunt. De •«Sijs», Een vliegtuig van de KNILM met de vlag boven de cockpit. bemanning bestond uit gezagvoerder K. J. T. Rüpplin von Keffikon, bwk. (boordwerktuigkundige) A. F. van Ras- sel en telegrafist Mandias. Zij hadden passagiers aan boord en voerden een speciale vlucht uit voor de luchtbe schermingsdienst. De voorgeschreven naderingsprocedure werd ingezet en langzaam landde Rüpplin zijn vliegtuig op het water. Het was ongeveer 7 uur 's morgens. Om 07.12 uur werd alarm gegeven: 6 Mitsubishi Navy-0 jacht vliegtuigen waren gesignaleerd - de waarschuwing kwam te laat - enkele seconden na 't alarm doken drie Zero's naar beneden en openden het vuur op de weerloze, aan boeien gemeerde Sikorski-amfibie en de MLD-Dornier vliegboten. De gevolgen waren ver schrikkelijk - in een oogwenk brand den de vliegboten als fakkels - de aanval duurde ongeveer 20 minuten - daarna werd de balans opgemaakt. Bij de KNILM kostte dat drie passagiers, allen telegrafisten van de luchtbe schermingsdienst, het leven. De be manning en 11 passagiers bleken ge lukkig ongedeerd. Het was 2e kerst dag 1941 Twee dagen later bevond zich de DC- 3 PK-ALN (Nandoe) op het vliegveld te Medan op weg naar Lydda. Passa giers en bemanning hadden de machi ne net verlaten en gezagvoerder E. E. Hulsebos liep pratend op met de men sen van de stationsdienst als plotse ling een aantal bommenwerpers boven het vliegveld verscheen - in één klap veranderde het veld in een heksen ketel. De PK-ALN werd getroffen. Er vielen doden en gewonden, maar de inzittenden van de Nandoe waren ge lukkiger. Alleen de 2e vlieger J. Hof man is door een bomscherf in het zit vlak geraakt - gelukkig niet ernstig. In december werd circa 100.000 km en in januari bijna 150.000 km naast de normale lijnvluchten gevlogen voor de fensie. Speciaal gememoreerd dienen te worden de in december gemaakte vluchten naar Pontianak, nadat deze plaats op 19-12-41 door Japanse bom menwerpers werd gebombardeerd en de daarna uit hun huizen gevluchte bewoners werden gemitrailleerd en deze aanval naar schatting 200 doden en meer dan 250 zwaar- en lichtge wonden als resultaat had. Dokters, verpleegsters, medicamenten en zelfs een medisch team werd toen door de KNILM vervoerd, terwijl op de terug tocht de vliegtuigen vol waren met geëvacueerden en gewonden. De vluchten naar Oost-Borneo in op dracht van de militaire leiding werden zoveel mogelijk benut voor het afvoe ren van evacuerenden, terwijl tot ein de januari toe evacuatievluchten naar Bandjarmasin werden ondernomen. Tevens werden een twintigtal vluchten naar Makassar gemaakt - op de heen- vlucht werden meel, gist en andere voedingsmiddelen opgevoerd en op de terugvluchten werden vrouwen en kinderen meegenomen. Na de bezet ting van Kendari op 31-1-1942 moes ten deze vluchten en die naar Ban djarmasin worden opgegeven. Op 1-1-1942 moest de tot Lt. Gouver neur-Generaal benoemde dr. H. J. van Mook op last van de G.G. Jhr. Mr. Tjarda met spoed naar Amerika om persoonlijk aan te dringen op hulp verlening op grote schaal. De KNILM kreeg de opdracht van Mook over te vliegen. Het vervoersmiddel was een Catalina van de MLD nr. Y-70. De commandant werd uiteraard een Mari ne Officier tw. de OVL II kl. A. J. de Bruyn. Maar voor deze hele lange tocht die volslagen onbekend was aan de MLD vliegers is de belangrijkste man de navigator. Deze werd de KNILM gezagvoerder F. van Breemen. Op 4-1-'42 startte de Y-70 en via Syd ney in Australië, ging het naar Hono lulu wat een afstand betekende van circa 9000 km, voornamelijk over wa ter. Gestopt werd op het eilandje Su va, Canton, en daarna te Honolulu. Dan ging het verder naar San Francis co. Dr. van Mook gaat alleen door naar Washington. Op 20 februari is van Mook met zijn bemanning te Tji- latjap terug. Een vlucht was volbracht dié nog nooit door een Nederlandse bemanning werd gevlogen. Het ging niet goed! Tarakan viel op 6

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1977 | | pagina 6