4
De Kracht van Goede Gedachten
POIRRIE
VOETSTAPPEN IN'N ANDERE WERELD
if
L.
•i.L
"TT
Het is mogelijk, dat onder de lezers van dit artikel enkele "ingewijden" zijn,
die zich afvragen, waarom men het zo nodig vindt om al datgene openbaar te
maken, wat voor "niet-ingewijden" verborgen dient te blijven. Uit mijn beschei
den ervaring heb ik mogen vaststellen, dat liefde gebaseerd op beginselen, de
enig juiste beweegreden moet zijn om tot maximale resultaten te komen, omdat
liefde niet opgeblazen van trots is. Deze liefde doet niet mysterieus, maar is
openhartig.
Na mijn bevrijding uit de Japanse con
centratiekampen, waar ik heel veel
menselijk leed en onrecht heb aan
schouwd, streefde ik naar de "agape",
(liefde gebaseerd op beginselen). Het
voorrecht mensen te mogen bijstaan
tijdens hun profane moeilijkheden heeft
mij nimmer een cent opgeleverd. Daar
entegen was de beloning, die ik ont
ving met geen geld te koop, namelijk,
het vertrouwen, de vreugde van de
overwinning en de liefde, die men mij
schonk, zijn tot op heden een onvoor
stelbaar kapitaal in mijn leven. Hoe
zou ik op deze basis dan ooit gelde
lijke beloning kunnen verlangen van
mijn medemens, die in nood verkeert?
Het verschil tussen een doekoen en
een para-psycholoog vind ik groot,
door het feit, dat de para-psycholoog
een geestenwereld niet als-bestaand
erkent, terwijl de doekoen er anders
over denkt.
Thans wil ik overgaan tot het beschrij
ven van de methode, die ik gebruik
om mensen te helpen, die in geeste
lijke nood verkeren. Om duidelijker te
zijn, mensen, die een kwaal bezitten,
veroorzaakt door "banjak pikir-pikir
en soesah". Een ziekte van functionele
aard dus. Ik ga altijd van het stand
punt uit, dat niemand mijn hulp in
roept, indien hij geen behoefte heeft,
om verder te leven of op z'n minst van
zijn kwaal te genezen. Daarnaast is
het een vaststaand feit, dat hij toch
zeker een percentage vertrouwen in
mij heeft door mij te ontbieden, niet
waar? Dit minimale vertrouwen, dat
men mij schenkt, waar ik enorm dank
baar voor ben, zal ik tot het maximale
moeten opvoeren, wil men tot een
bevredigend resultaat komen.
In de allereerste plaats is het mijn
taak, hem ervan te overtuigen, dat hij
voor mij niet zo maar een nummer of
geval is, maar een kostbaar leven. Op
het moment, dat hij over zijn proble
men spreekt, luister ik aandachtig en
is het van het grootste belang, dat
mijn gedachten positief zijn, omdat het
in de bedoeling ligt dat de positieve
gedachten via de toegepaste centrale-
blik diep in zijn geest zullen doordrin
gen. Immers, uit de ogen en uit de
vingertoppen vloeit een fluïdum. Van
daar, dat ik dan ook terechtertijd mijn
hand op zijn hand of schouder neer
leg. Dit is het moment, dat mijn po
sitieve gedachten sterk geconcen
treerd zijn, welke ik via het uittredend
fluïdum aan de persoon probeer door
te geven. Dit lukt niet la minute! Het
vergt een behoorlijk quantum neuro-
kiem.
Gedachten concentratie heb ik op Bor
neo mogen leren van mijn goeroe. Op
een tikar moest ik in kruiszit een dje
roek nipis fixeren. Daarbij moest ik
proberen in de juiste volgorde, in ge
dachten, een djeroek nipiste laten weg
rotten, zodat alleen de pitten overblij
ven. Dan moeten de pitten beginnen
te ontkiemen en uitgroeien tot kleine
plantjes, die op hun beurt eveneens
uitgroeien tot boompjes. En iedere
keer, wanneer dit groeiproces in mijn
geest verbroken werd, door nevenge
dachten, mocht ik van voren af aan
beginnen.
Misschien lijkt het eenvoudig, maar
het tegendeel is maar al te waar, in
dien men het zou proberen. Sterk ge
concentreerde gedachten van vreugde,
die bewust worden uitgezonden, wor
den door de ontvanger onbewust om
gezet in gevoelens van vreugde.
Hetzelfde resultaat bereikt men met
gedachten aan pijn, angst, enz. enz.
Wij mogen van geluk spreken, dat
niet iedereen gedachtenkracht van
dien aard tot stand zou kunnen bren
gen!
Een feit, dat ik ook heb mogen con
stateren is, dat de oorzaak van gees
telijke ontreddering bij mensen, in de
meeste gevallen, gebrek aan liefde en
begrip is. Vandaar, dat het beste en
misschien ook het enige geneesmiddel
er tegen, liefde en begrip is.
Op een middag nodigde de goeroe
mij uit een seance bij te wonen. Hij
brandde menjan, had zeven soorten
bloemen en enkele attributen voor
zich en deed zijn prevelementje. Kort
daarna werd in de menjanrook een
gedaante, die ik herkende, zichtbaar.
Vanaf zijn middel tot op zijn voeten
was hij onzichtbaar. De goeroe gaf
mij het teken, dat ik mocht beginnen
contact te maken, en vroeg de ver
schijning wie hij was. De verschijning
antwoordde, dat hij "P." was. Inder
daad was het uiterlijk gelijkend aan
wijlen "P". Daar ik "P." in leven als
Nederlander kende, vroeg ik hem in
het Nederlands, of hij werkelijk "P."
was. Hij antwoordde, dat hij "P." was
en niemand anders. "Waar komt U
vandaan?" vroeg ik hem. "Uit het
dodenrijk", antwoordde hij. Toen vroeg
ik: "Is het niet zo, dat er geen werk,
noch overleg, noch kennis, noch wijs
heid is in hades, de plaats, waar gij
vandaan komt?" Door deze vraag werd
de verschijning onrustig en loste ge
heel op in de rook van de menjan,
om niet meer terug te keren.
De goeroe "ontwaakte" uit zijn trance,
en was buitengewoon vermoeid, maar
ook bijzonder ontstemd. Hij vroeg mij,
wat ik gevraagd had, en bleef ont
stemd. Ik kreeg toen sterk het ver
moeden, dat de verschijning een de
mon was, die de gedaante van "P."
aannam, de stem van "P." nabootste
en zodoende een bedrieger was. Ik
vroeg mij toen ernstig af, of demonen
af en toe bedriegen of altijd bedrie
gen. Hierover kreeg ik met de goeroe
een meningsverschil. Hieruit bleek
duidelijk het verschil tussen ons bei
den. Hij was de doekoen. Ik, een on
derzoeker. r. F. VON STIETZ
"Boetje heeft van
de Bond
toestemming
gekregen om zijn
tjelana-monjet tjap
'gaboes'
te dragen".
16