Indonesië kalender 1978 De Beste Jaren Uit Mijn Leven (II) Een van de eerste voorboden voor 1978 is de uitgave van een Indone sië kalender door de Uitgeverij Histo rie te Nijmegen. Een historische kalen der met voor elke maand schitterende- afdrukken van penseeltekeningen en litho's van de tekenaar 0- M. R. Ver- huell (1787-1860), zee-officier, bioloog en schrijver, C. W. M. v. d. Velde (1818-1898) eveneens zee-officier en tekenaar en Pieter van Oort (1804- 1834) als tekenaar verbonden aan de Natuurkundige commissie voor Ned. Indië. Op het houtvrije, licht-echte papier komen de prenten prachtig tot hun recht. De verklarende teksten van Dr. H. i. de Graaf zijn, zoals we die van hem gewend zijn, duidelijk en to the point. De originele afbeeldingen, die voor deze kalender zijn gebruikt, zijn te vinden in diverse musea in Neder land. Men heeft een goede, artistieke keuze gemaakt en de uitgever verdient alle lof voor dit lumineuze idee en de smaakvolle uitvoering. Een zeer wel kom geschenk, nu al, lijkt ons. 14,50, porto 1,70. (Vervolg: "Huize Lebuinus") smaak worden ingericht. Diverse re creatieruimten zijn er voorzien van kleuren-TV. De maaltijden worden ge bruikt in de gemeenschappelijke eet zaal of op eigen kamer. In een rustige uithoek van het gebou wencomplex bevindt zich de volledig toegeruste ziekenafdeling voor de verpleging van meer of minder ern stige zieken. Een moderne volledig ge outilleerde centrale keuken comple teert het geheel. Voor de geestelijke verzorging kan men gebruik maken van een fraai ingerichte Kapel-Kerk- zaal. Bij de organisatie van het tehuis is volledig rekening gehouden met de specifieke wensen van de bejaarde mens afkomstig uit Indonesië, hetgeen onder meer zijn weerslag ondervindt in de maaltijdverstrekking. Zo wordt er bijvoorbeeld drie tot vier maal per week gerijsttafeld. Ook in ander op zicht wordt rekening gehouden met de leefgewoonten van deze groep van Nederlanders, die nu eenmaal wat an ders zijn dan die van andere landge noten. Een deel van het personeel spreekt Maleis. Het gezelschap be jaarden dat zich thans in het tehuis bevindt is afkomstig uit alle delen van Indonesië. Mensen afkomstig uit Java vormen het merendeel. Het is een ge- meleerd gezelschap met verschillende geestelijke achtergronden, dat even wel bijzonder goed bij elkaar past door de gemeenschappelijke band van het geboortig of afkomstig zijn uit Indone sië. De signatuur van het tehuis is niet specifiek Katholiek of Hervormd of Het was het allereerste begin van die beste jaren. Ik was 23 en totaafalleen in Indië. Want er was mij een "goeie baan" beloofd, maar eenmaal op Java beland was er geen sprake meer van enige hulp. Ik besloot dus zelf per soonlijk te solliciteren en koos de B.P.M. als eerste doel. Zittend in de electrische tram, die Batavia "rijk" was, kwam iemand naast mij zitten, die ik van de boot kende en die mij vroeg of ik al een betrekking had. Op mijn ontkennend antwoord vroeg hij mij mee te gaan naar zijn kantoor en na daar een aantal vragen te hebben beantwoord, werd ik aangenomen als secretaresse. Ik was er zelf verbaasd over, want ik had geen ondervinding. Opgelucht ging ik naar de oude dame, die ik twee weken had geholpen met de huishouding en vertelde haar dat ik een betrekking had. "Dan ga je vanavond maar weg" zei zij. Ik pakte dus mijn koffer in. Op de bodem lag een pakje, ik wist dat het een boek was voor de zuster van een buurvrouw in Holland, dat ik beloofd had af te geven. Dus ging ik die avond naar het Hotel der Nederlanden, waar zij woonde en waar ik hartelijk door haar werd ont vangen. Zij was onthutst, toen zij hoorde dat ik geen tehuis had op dat ogenblik. "Wacht even" zei zij, pakte de telefoon en belde een kennis, die over een leegstaand paviljoen beschik te. "Ga er maar meteen heen", raadde zij mij. Ik ging op weg. Het paviljoen stond in een kleine doodlopende zijweg van Salemba, de Zuiderweg. ifc liep over de prachtige weg onder de machtige oude bomen. Aan weerskanten, nau welijks zichtbaar, de ruime oude hui zen in hun tuinen. Het verkeer op de weg, de mensen die mij passeerden, allen hadden een doel - zij waren hier "thuis". Ik voelde me een vreemdeling en een grote beklemmende eenzaam heid deed me opeens denken: zal ik teruggaan naar Holland? Ik stond op eens stil bij dat idee. Vóór mij was een van die ruime, prachtige huizen; uit de Gereformeerd te noemen. Voor de godsdienstbeleving zijn een tweetal vaste rectores aan het tehuis verbonden t.w. een Nederlands Her vormde dominee en een R.K. priester. De leiding van het instituut is in han den van een stichtingsbestuur t.w. het bestuur van de Stichting Bejaarden zorg St. Lebuinus, welke stichting be gin 1958 is opgericht onder auspiciën van 't toenmalige Ministerie van Maat schappelijk Werk en welke thans nog innige banden heeft met het huidige departement van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk. Een staf van een 35-tal deskundige personeelsleden zorgt voor de dagelijkse gang van za ken. Een medicus, die volledig op de voorgalerij scheen het licht door de bomen, de mensen zaten om een tafel iets te drinken. Er was een sfeer van rust, van vrede, van ernstige blijheid. Dat ogenblik besloot ik door te bijten en na enige minuten lopen vond ik de Zuiderweg en het opgegeven nummer. Het kleine huis was donker. Ik klopte aan de deur, maar er kwam niemand. Er was wel enig licht achter bij het huis, maar ik wist dat je niet bij de achtergalerij mocht aankloppen. Nog eens kloppengeen gehoor. Wat nu? Aan de overkant van het wegje zat een heer in de open voorgalerij een krant te lezen. Voorzichtig over het knarsend grint stappend, mijn hart in mijn keel kloppend, liep ik tot aan de trap en zei zacht: "Mag ik wat vra gen?" De krantlezer vloog uit zijn stoel en ik vroeg, hoe ik de bewoners van het buurhuis moest bereiken. Hij lachte. "Bent u pas in Indië?" vroeg hij en toen ik dat bevestigde, vertelde hij mij dat ik de deur moest openen en dan hard "sepada" moest roepen. Ik bedankte en ging angstig en onzeker terug. Mijn sepada moest ik wel her halen, want het eerste gefluister be reikte hen niet, maar toen kwam een jonge vrouw naar voren en werd ik binnen gehaald. Alles was toen binnen vijf minuten geregeld, de huur kon on middellijk ingaan, er stonden enige meubels, o.a. een bed in het paviljoen en nadat ik per deleman mijn koffer had opgehaald, was ik practisch geïn stalleerd, al was dat wel alleen met het aller-hoog-nodigste. In Indië komt (kwam) alles terecht. A.A. hoogte is van de specifieke leefge woonten van mensen afkomstig uit In donesië heeft als medisch adviseur en naar behoefte als behandelend arts de zorg voor het zich lichamelijk welbe vinden van de bejaarden. Peter, (15) een opgewekte sportieve knaap zoekt een gezin waar meerde re kinderen aanwezig zijn. Door om standigheden verblijft hij in een inter naat voor jongens die moeilijk kunnen leren. Welk hartelijk arbeidersgezin, woonachtig op bereisbare afstand van Boxtel belt of schrijft ons? Pleeggezinnencentrale, Stationsweg 14, Den Bosch. Tel. 073- 13 36 47. 17

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1977 | | pagina 17