Van Zwoegen en Slagen slot
Korte geschiedenis van de theecultuur in Ned. Indië
Om een inzicht te krijgen in de gebeurtenissen moeten wij nu terugkeren naar
de liquidatie-opruiming van de gouvernements thee-ondernemingen waarbij o.m.
in huur, ten behoeve van de particuliere exploitatie werden uitgegeven de "on
dernemingen": Parakan Salak, Sinagar-Tjirohani, Tjioemboeleuit, Tjikembang,
Tjarennang, Djatinangor, Tjikadjang en Bagelen.
Wij geven onderstaand een beeld per onderneming, gezien per einde 1929.
Parakansalak
Dit land bestond uit een viertal erf
pachten samen 1.782 bw., gelegen in
het distr. Tjitjoeroeg op de uitlopers
van de Salak, 4,5 km. van Paroeng-
koeda. Aanplant: 784 bw assamthee
en 526 bw. rubber. Productie: 1929
1.412.994 hkg. thee (incl. opkoopblad)
Productie: 1929 216.804 hkg. rubber
Eigendom: Cult. Mij. Parakan Salak.
Administrateur: Jhr. H. Boreel.
Sinagar-Tjirohani
Deze landen werden anno 1863 ver
huurd aan Albert Holle en Van Mot
man. Bij de erfpachtinschrijving werd
Crone de verkrijger. Van der Hucht
wist deze concessies voor zijn sibbe
te behouden.
De concessie Tjirohani werd door de
bevolking "moendjoel" genoemd en
kreeg later faam als eerste producent
van Assam-zaad op Java.
Na de dood van Albert Holle ging de
leiding over op zijn neef. Deze was
een zoon van Johannes Kerkhoven die
gehuwd was met een zuster van Van
der Hucht. Johannes overleed in Hol
land anno 1859, zijn zoon Edward Ju
lius Kerkhoven, geboren 1834, kwam
na zijn studie in Holland voltooid te
hebben, in 1861 op Java en werd ter
lering eerst bij zijn neef A. W. Holle
te Parakan Salak geplaatst. Na enige
jaren ging hij over naar Sinagar waar
hij de opvolger van zijn neef Albert
Holle werd.
In 1872 kwam weer een familielid uit.
Nu was het L. Baron van Heeckeren
wiens ouders in 1846, met het schip
van Guillaume Louis Jacques van der
Hucht, op Java waren aangekomen.
De jonge van Heeckeren werd ge
plaatst bij zijn neef Edward Julius Kerk
hoven alwaar hij de zaadtuinen op
Moendjoel en de eerste Assampluk-
tuin op Sinagar mocht inplanten. Het
perceel Sinagar lag 4,5 km ter be
noorden het station Tjibadak, op de
z.w. uitlopers van de G. Gedeh terwijl
Tjirohani (Moendjoel) op de uitlopers
van de G. Salak lag, 2 km ten n.o. van
het station Parangkoeda.
Sinagar hoogte 503 m., Moendjoel
hoogte 400 m., thee 1929 1124.380 in
hkg., rubber 106.799 kg.
Hoofdadm. Mr. H. G. Ermeling, adm.
van Moendjoel J. H. Otto.
Tjioemboeleuit (I)
Gelegen boven Bandoeng, 6 km.
ten noorden van het station. Omvat
tend drie percelen samen 333ha.
Cultures anno 1929: thee, bamboe,
Uitbetalingsdag op de theeonderneming
Serangsari (foto. Pfaeltzer)
wildhout, sawa's en grasland. Adm.
J. J. Karssen en Superintendent: E.
Hamakers.
Tjikembang (II)
liggende 12 km. ten zuiden van het
station Tjibadak, op de z.w. helling
van de G. Walet; cultuur thee, rubber,
samen 606 bahoe. In 1929 was adm.
C. J. van Overeem. Productie: 134.270
hkg. thee en 47.700 hkg. rubber.
Tjarannang (III)
Aan de weg van Soemedang naar Ma-
langbong, 663 ha met thee beplant,
20 paal van het station Malangbong
gelegen. Anno 1929 was adm. H. J. H.
Forbes en adj. adm. J. Zeeman. Pro
ductie 546.371 hkg. thee incl. opkoop.
Djatinanggor (IV)
Gelegen op de z. helling van G. Mang-
lajang, aan de grote weg nabij tram
halte Tjikeroeh en 6 km van station
Rantja-Ekek. Anno 1929 aanplant 470
ha thee en 107 ha rubber. Adm. M. J.
Eekman, productie 496.363 hkg. thee.
Tjikadjang (V)
Ligt in de afd. Garoet, distr. Tjikadjang
op het plateau tussen G. Papandajan
en Tjikorai 25 km. van station Ga-
roet. Cultures thee 410 ha en 13 ha
kina. Theeproductie: 837.455 hkg. (in
cl. opkoop) Kinaproductie: 5032 hkg.
gemalen gedroogde bast.
Bovenstaande vijf concessies werden
in 1865 toegewezen aan A. W. Baron
Baud.
Vervolgens komt de concessie Bage
len aan de beurt. Deze concessie be
stond uit 16 erfpachtspercelen samen
1830 bw., gelegen op de hellingen van
de G. Sindoro en de w. helling van de
G. Soembing, 36 paal van Poerwore-
djo; culturus: thee, kina, hout (en vroe
ger koffie).
De verkrijgers van deze concessies
waren: K. F. Holle, Dr. N. P. van de
Berg (gehuwd met Carolina Holle) en
Ed. Jacobson.
Samen stichtten zij de: Bagelen Thee-
en Kina- Maatschappij waarvan de
percelen werden verdeeld over vier
ondernemingen, te weten anno 1929:
Bedakah, adm. O. van Heeringen, Tan-
djoeng Sari, adm. C. J. L. Rooseboom;
Tambi, adm. W. van Stein Callenfels;
Bodjong Redjo, adm. R.. Schroër.
Superintendent J. Th. Krol
totale oogsten (1929) thee 1.139.730
hkg.; kinabast 21.540 hkg.
De nieuwe tijd voor de thee-cultures
was onderwijl aangebroken. De ont
dekking van de Assamthee, de moge
lijkheid om, via John Peet en Cie óók
Assam-theezaden op Java geleverd te
krijgen, de geruchten over machinale
bereiding enz. komende van Ceylon
en Br. Indië, 't waren allemaal de on-
dernemerslust prikkelende berichten.
In 1881 stonden de jonge Assam-aan-
plantingen er gunstig voor en de pluk
zou binnen afzienbare tijd ingezet kun-
ken worden. Het werd hoog tijd dat zij,
omtrent die machinale bewerking van
het theeblad, eens uit de eerste hand
geinformeerd zouden worden en zo
kwamen zij er toe in 1881 over te gaan
tot de oprichting van de:
Soekaboemische Planters-Vereniging.
Dat was qlf jaren na de instelling van
de 75-jarige erfpacht en 16 jaar na
liquidatie van de gouvernements-thee-
cultuur.
De oprichters waren:
Voorzitter: A. Holle, van Moendjoel,
Secretaris: G. C. F. W. Mundt, van
Parakan-Salak,
Leden: E. J. Kerkhoven, van Sinagar,
W. R. de Greve, van Sindangsari,
P. Zeper, van Aardenburg (Halimoen)
B. B. J. Crone, van Tendjoajoe,
G. Ort van Boengameloer,
F. C. Philippeau, van Tjisalak,
G. W. Ekhout, van Pasir-Telagawarna,
Ch. Hausmann, van Tjikembang,
D. Burgers, van Malinggoet.
Het was een uniek gezelschap waarin
levenslust, vriendschap en onderne
mingsgeest hand in hand gingen.
Het besluit werd genomen dat de se
cretaris voor de vereniging een studie
reis naar Ceylon zou maken en dat hij
daarna een rapport zou doen verschij
nen dat de leden een goed beeld zou
moeten geven van de Assam-thee-
cultuur en de bereiding aldaar.
De "Soekaboemische" barstte van le
venslust maar... de nieuwe tijd vroeg
om grotere en sterkere organisaties
en zo kwam er anno 1925 'n fusie tot
stand met de Soekaboemische Rub
berplantersvereniging. Er kwam een
nieuw bestuur en de eerste voorzitter
werd:
H. J. van Holst Pellekaan, die admini-
22