lirgf Ma| MPNDUSG LAJA - Ridder van Padjadjaran (slot) M s-Mmw- "Indonesische Sagen en Legenden" Een soendanese legende naverteld door PAK ASIKIN Het vorige hoofdstuk eindigde dus met het vermelden van alle (onmogelijke) wensen van Dewi Asri aan Sunten Djaja, alvorens zij (tegen haar wil) zou toe stemmen in een huwelijk. "Wat drommel, weg met zulke gekke wensen!" en Sunten Djaja keerde zonder verder nog boe of ba te zeggen terug naar huis. "Hoe is 't Sunten? Is 't gelukt?" "Ze zeggen, dat Mundinglaja me in de weg zit, maar Dewi Asri wil toch wel met mij trouwen, maar stelt onmogelij ke eisen. Naar berekening zouden die wensen van haar wel vijf en twintig scheepsladingen kosten." Zijn vader zei: "Wees gerust, we zijn toch schatrijk. Ons volk telt veel scheepseigenaren. Het hele volk zal ons steunen. Allen zijn 't er over eens, dat je Dewi Asri moet huwen." Patih Bulang Balang, de geweldige, werd ontboden, alsmede zijn mantri, de Judas. Hem werd gelast op de ben- dé (gong) te slaan. Hierdoor opgeroe pen kwamen de mensen in drommen toestromen. Luidruchtig de punggawa's (ambtena ren) uit het Westen, op de karbouwen rijdend, met djagungvrachten en stink- bonen; pukul trus de tong tong, als mede de gamelan, vermengd met bij valskreten. Verder de kendangs van uitgeholde boomstammen met scha- penleer overtrokken, gemaakt door jonge mannen en bespeeld door we duwen. En dat pas uit één windstreek, het Westen, en minstens evenveel mensen en lawaai uit de andere drie windstreken, elk naar hun eigen aard. Weldra waren allen op de aloon aloon verzameld, met wapperende vlaggen en banieren. En in het meer Sipatahu- nan lagen vijf en twintig schepen vol geladen met rijkdommen. Als bijzonder teken werd de rode vlag gehesen, aanduidende dat een traditie zou wor den uitgevoerd, nl. het overhandigen van de bruidsschat. De patih negara liet de uitvoering ge heel over aan Paman Lengser (manus je van alles). Deze was een heel streng heer. De fluittisten liet hij een maand lang oefenen, zo ook de tukang djibrut (muziek voortgebracht uit de geluiden van de oksel), de tukang gon- dang (muziek ontstaan door stampen op het rijstblok) en de tukang ang- klung. Per dag werden vijf en twintig scha pen geslacht voor de voeding van de muzikanten. Al deze drukte was be doeld ter opluistering van het a.s. hu welijksfeest, dat moest klinken als een klok. Laten we intussen even teruggaan naar Mundinglaja. Die stond op hete kolen, sterk verlangend Dewi Asri, zijn a.s. bruid, te ontmoeten. Haastig nam hij afscheid van Suhunan Ambu en keerde terug naar het land van Muara Beres. Daar stond Mundinglaja nu buiten de poort van het Hemelrijk. Weer werden de twee ouderen aangeroepen, die blijk gaven van hun hoge voldoening, dat de Ridder van Padjadjaran het Gouden Schrift en de Heilige Kris als tropheën had bemachtigd. Aria Kidang Panandjung voegde er nog aan toe: "Suhunan Ambu en Dewi Asri delen zeker ook in Uw blijdschap, zij ver wachten vol ongeduld Uw terugkomst." Met hun drieën (de drie in één) ver trokken ze met als voertuig de "Gi- lang Kantjana" (goudglans) en weldra kwamen zij aan de grens van Muara Beres. Eerst rustten zij even uit en overlegden hoe het land binnen te trekken, want volgens geruchte was er in de hoofdstad een groot feest ter gelegenheid van het a.s. huwelijk tus sen Dewi Asri en Sunten Djaja. En nu de bruiloft. Dewi Asri werd ge dwongen plaats te nemen naast de bruidegom, hoe ze ook tegenstribbel de, maar wat vermag de kracht van een vrouw? Doch Dewi Asri beschikte over bovennatuurlijke krachten. Ze kon een andere lichaamsvorm aanne men. Sim salabim! en ze werd een guling (een rond langwerpjg kussen), die leek op Dewi Asri. Zij zelf stapte het kasteel uit en nam een bad. Ze verweet Mundinglaja dat hij zo lang wegbleef. En plotseling, als door een wonder, stond hij voor haar. "Huil maar niet, m'n schat, alle leed is nu voorbij. De beproevingen waren nodig om onze ziel te zuiveren. Je zult dit alles, met je sterke geest, kunnen dragen. Laat de tranen aan anderen over, we hebben nog de taak onze vijand te verdrijven." Laten we afstappen van 't geluk, ge smaakt door de twee geliefden. De macht van de Heilige Kris manifesteer de zich door Kawati Kalawisesa (macht van de tijdsduur) en Guriang T'unggal (de enige, innerlijke kracht), om de vijand te verslaan, dat is Sun ten Djaja en zijn kliek. Kalawisesa en Guriang Tunggal manifesteerden zich als afzichtelijke monsters en het is te begrijpen, dat de indringers in paniek raakten en er op staande voet van doorgingen om het vege lijf te redden. Al stonden de twee monsters voor duizenden, ze konden zich vermenig vuldigen zodat het een strijd werd van man tegen man. En toen de strijd was uitgeraasd en na even op adem te zijn gekomen sprak Kalawisesa: "Ik ben uitermate blij voor Mundinglaja te mogen vechten, hij is een broeder van mij." Geger Malela, de oom van Dewi Asri, hoorde dit en sprak: "Wij zijn dus bloedverwanten. Ik ben heel blij onze neef te ontmoeten. Laten we onze vreugde vieren in de feestzaal en met een Dewi Asri en Mundinglaja in het huwelijk verbinden." De bruid en bruidegom vormden een harmonisch paar, stralend als de volle maan en schitterend als de morgenster. Voor Sunten Djaja was de ontgooche ling groot. Hij werd wakker en dacht in het bruidsbed te slapen naast Dewi Asri. In plaats daarvan lag er een grote guling! Woedend trok hij zijn kris en doorstak de guling, waarbij het vulsel naar alle kanten uitvloog. Hij stapte uit bed, verliet de kamer en verbijsterd zag hij het bruidspaar in de feestzaal. Buiten zich zelf van woede wilde hij Mundinglaja te lijf, maar deze beheerste zich en gebruikte zijn inner lijke kracht, waardoor Sunten Djaja werd tegengehouden. Hij werd uit de feestzaal verwijderd, geheel gebroken m t 1/ rrf I 'V door Nenek Dongeng EEN SPROOKJESBOEK VOOR OUDEREN I 10 Fascinerende, klassieke Javaanse vertellingen plus 1 van de mooiste wajang-verhalen "Rama en Sinta". Prachtig geïllustreerd door P. v. d. MAADEN f 29,50, plus 4,porto BOEKHANDEL TONG TONG 9

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1977 | | pagina 9