Nogmaals Sengon (I)
Hoezeer de natuur - bomen, planten,
dieren - een rol speelden in ons In
dische leven, blijkt altijd weer uit
de vele aardige en interessante re
acties die artikelen over deze on
derwerpen losmaken.
Dat is ook gebeurd bij de Sengon en
Tjakra-Tjikri (TT 15/7). Zoveel infor
maties en verhalen over deze bomen
kwamen binnen, dat we u vriendelijk
vragen voorlopig niets meer over
dit onderwerp te schrijven. Vele ge
gevens overlapten elkaar, zodat we
met een samenvatting kunnen vol
staan. Alle inzend(st)ers hartelijk
dank
Vreemd, hoe een enkel woord bij een
mens een zee van herinneringen kan
loswoelen
a) SENGON. Naam van een desa, ge
legen aan de spoorlijn tussen Bangil
en Lawang.
b) SENGON DJAWA: Albizzia Stipula-
ta - Fam. Leguminoceae Mimosaceae.
Een zeer grote boom, op midden-Java
algemeen voorkomend. In de droge
tijd valt het blad af. Het hout is niet
duurzaam; de bast is visvergif. Scha-
duwboom in koffietuinen.
c) SENGON LAUT/SENGON SA-
BRANG: Albizzia Moluccana-Fam. Le-
guminoceae/Mimosaceae, Grote snel
groeiende boom van de Molukken en
op Java ingevoerd. Schaduwboom in
koffietuinen. Het hout is bros, zodat
de stam vaak bij harde wind op enige
afstand boven de grond afknapt en
grote schade kan veroorzaken. Wordt
toch wel als bouwhout gebruikt, maar
vooral voor theekisten.
Vandaag is het zondag. Gaat U mee
op reis? Ik ga niet ver. Gewoon van
Soerabaia naar Malang. Met onze trou
we S.S. Onderweg zal ik een paar
verhaaltjes vertellen. Als U ernaar wilt
luisteren, okay, zo niet, sla deze blad
zij dan maar om.
Soerabaia-Malang. Vóór de oorlog re
den op deze lijn dagelijks maar liefst
vijf sneltreinen, de "snelle vijf". De
vlaktelijn Soerabaia-Bangil (47 km)
werd met dezelfde snelheid gereden
als het bergtraject Bangil-Malang (49
km). De totale afstand van 96 km werd
afgelegd in 1 Va uur. Er is voor wat die
snelheid betreft niet veel veranderd. Ik
stapte enige jaren geleden om 8 uur
21 in Soerabaia-Goebeng in de trein
en was om 9 uur 57 in Malang. En dat
is goed V/2 uur! Hoe de plaatsen ook
weer heten, waar je langs komt? Ver
trekpunt Soerabaia-Kota (Semoet) of
Soerabaia-Goebeng, vervolgens Wono-
kromo (tegenwoordig een groot sta
tion), Waru (hier is het vliegveld Juan-
da Airport) Gedangan, Buduran, Sido-
hardjo, Tanggulangin, (oud en verval
len haltetje) Porong, Bangil, Wonoker-
to, Soekoredjo, SENGON,- Lawang,
Singosari, Blimbing en Malang.
Als in februari/maart de padi kniehoog
was, schoten wij op de uitgestrekte
sawahcomplexen tussen Waru-Gedan-
gan-Buduran treksnippen (boertjet). En
hier was 't, dat Jan T. een jachtongeluk
had. Hij was met zijn dubbele 12 druk
aan het "lossen en laden", toen een
wiedende Javaanse vrouw, door een
hoge dijk aan het oog onttrokken, zich
uit haar gebukte houding plotsklaps
oprichtte. Op dat moment "sprong"
een snip omhoog; Jan schoot en de
bovenarm van de wiedster werd ge
troffen door een paar hagelkorrels
nummer 8, die wat onbeduidende blau
we plekjes achterlieten. Desalniettemin
was dat een reden om als een furie te
keer te gaan. Luidkeels verkondigde
zij dat de londo in het algemeen en
de onfortuinlijke schutter in het bijzon
der ontstellend grote "bangsats" wa
ren en of ons Jan haar nou liefdevol en
tederlijk toesprak, bezwoer dat het
een tjilaka was en volkomen saja poen-
ja salahondertussen trachtend op
iedere blauwe plek een briefje van 10
te plakken, het lukte niet hoor. Ze
bleef in alle toonaarden brullen: "Lon
do bangsatlondo bangs...è...a...è
...a...t, londo bangs...a...è...a...è...t
In de naburige kampong werd op een
kentongan geslagen, van alle kanten
stroomden mensen toe, de autoriteiten
werden erbij gehaald, proces verbaal
en enige weken later sprak de kadi in
Soerabaia het vonnis uit: Denda hon
derd pop! Honderd gulden was vroe
ger "veul" geld en er waren dagen,
dat ik zo'n bedrag niet in m'n broek
zak had.
Eenzame Sengonboom, groeiend op de
oosthelling van de Gunung Smeru bij
Besuksat.
Laten we deze ongeluksplaats alsje
blieft gauw verlaten en iets vrolijkers
opzoeken. Sidohardjo! Een stadje, zo
niet beroemd, dan toch vooral bij smul
papen zeer bekend, vanwege alle heer
lijkheden, welke het te bieden heeft.
In de eerste plaats de meer dan voor
treffelijke petis- en kroepoek udang...
de grote garnalen (aan het spit gepang
-gangd en gegeten met een saus a la
diabolo, ah mama mia), de kepiting al
dan niet met eitjesen last, but
not least: bandeng asep van 't Lood
je"! (en mevrouw, houdt U ook zo van
gerookte bantèng?)
Porong. Je hebt vanaf de brug naar
rechts een prachtig gezicht op de
brede kali, die hier een grote bocht
maakt. Blauwe bergen op de achter
grond. In de oostmoesson is de bed
ding bijna helemaal droog.
Bangil. Alweer heerlijkheden te over.
De "korreket" en de lemper waren
toen Bangilse specialiteiten. Een lem
per is een croquetje van kleefrijst met
een vulling van gekruid kippevlees;
het geheel omwikkeld met jong, geel
groen en geurig pisangblad. Buiten
gewoon smakelijk.
Enfin, vóór de geboorte van de snelle
vijf, werd hier de trein gesplitst. Het
voorste gedeelte ging naar Pasuruan-
Probolinggo en verder oostwaarts, de
rest kreeg een bergloc voor, een mach
tige "Mallet" en vertrok naar het zui
den, Malang-Blitar. Het stukje Bangil-
Lawang moet je eigenlijk doen tegen
de schemering aan. Aan beide kan
ten van de baan werd vroeger de
sedep-malam geplant. Gooi het raam
pje open en snuif de koele bergwind
vermengd met heerlijke bloemengeur
diep op. Soms kun je op de velden
concentraties zien van duizenden ko-
nangs; ze vormen vaak hele wolken,
die door de wind golvende bewegingen
maken. Een prachtig en fantastisch
gezicht!
In de buurt van Soekoredjo had ma
chinist Duncan Coenraad een "aan
rijding" met een tjikar. Hoe was 't ook
weer? Duncan zat in een vierkante
"Richard Hartmann" locomotief met
een sliert wagons achter zich aan. De
trein kwam van Lawang, ging dus hel
ling af richting Bangil. Gewoon als elke
dag. Maar die ene keer verscheen op
een overweg een hoog met suikerriet-
stekken beladen en door twee sapi's
getrokken tjikar. Uigerekend midden
op de baan, vertikten de dieren het
ook maar een poot verder te verzetten.
Ondanks schelden, rukken aan de
leidsels en slaan. En de loc kwam
nader en naderzwart en dreigend
de sirene gilde een paar keer
waarschuwendDuncan gaf contra
stoom, de wielen pakten en sloegen
denderend terugte laat. De klap!
Een regen van suikerrietstekken
sproeide door de lucht; een sapi werd
netjes "geangkat", maakte een mooie
salto en belandde boven op de loc;
de andere maakte kennis met de tem-
belekanstruiken naast de baan en als
je het navraagt is de karrevoerder nog
steeds van de larie!
SENGON. Je houdt het niet voor mo
gelijk, maar hier werden vroeger vers
geplukte abrikozen te koop aangebo
den. In keurige, gevlochten bamboe
mandjes. Erg klein, maar mooi van
vorm en kleur, maar bitterAdoeh,
je had een pabrik gula nodig om er
(lees verder volgende pagina)
12