"mm dingin-
AFRIKAANSE INHEEMSE GENEESKUNDE
Ginds, in mijn moederland, zeiden ze
het al tegen mij: je hebt "tangan-din-
gin". Alles, wat je met je handen doet,
lukt, wordt goed en/of beter. Als kind
let je er niet op; groter, een ietsje
meer en nu ouder, begin ik eraan te
denken. Ja, ik ga terug denken. Ik heb
b.v. nooit naailessen gehad en kreeg
thuis als no. 10 en als peuter wees
geworden, altijd afleggertjes tot het
mij begon te vervelen. 10 jaar en ik
kocht voor een paar duppies van m'n
zakgeld een lapje, stak er de schaar
in en naaide de stukken aan elkaar,
met de hand! En het werd wat! Trots
ging ik daarin naar een verjaarspartij
in het Parapatan gesticht. Het was
nieuw en helemaal van mijzelf. Mijn
eerste jurk. Ze vonden het allemaal
mooi. Dat gaf moed en ik maakte ze
nóg mooier, met strikjes, kantjes,
strookjes. Later, veel later leerde ik
arme kindertjes naaien, breien, haken.
Nauwelijks volgens de regels van de
kunst; gewoon voor eigen gebruik,
tóch leuk en het was eigen prestatie!
Bloemen, planten. Ze gedijen gewoon.
Ze zijn ook een deel van mezelf - de
natuur. Ik kan er niet buiten, m'n huis
is er altijd vol mee. Mijn voortuin aan
de Javaweg mocht er wezen. Ik had
geen tuinman; kiezel voor kiezel was
met de hand gedaan. Koken, bakken;
alles wat ik brouwde, vond men lek
ker. Kookboeken bezat ik niet.
En hier in Nederland?
Ik zat in de tram in A'dam. Een Chi
nees zat naast me. Hij keek en keek
naar mijn hand. Ik vond het maar eng
en bedekte haar met de andere. Hij
lachte breed en zei: "Als ik dat van u
kopen kan!" "Wat?" vroeg ik. "Dat!"
en hij wees naar mijn zwarte, grote
moedervlek op mijn pols. "Tangan
dingin!" oreerde hij. Ik lachte maar,
wat moest ik anders? Geruïneerd aan
gekomen, was en ben ik hier manusje
van alles! Moet wel; klein weduwen-
pensioen en een 16 j. zoon op H.B.S..
Van niets maakte ik iets, van sinaas-
appelkisten, opgestapeld een wand-
meubel. Mooi beplakt. Verf en kwast
maakten m'n huisje fleurig en schoon.
Ik voelde nauwelijks armoede, zo ge
zellig en knus was alles. Tangan din
gin! Als ik bij een zieke kom en m'n
hand op het voorhoofd leg, dan wordt
het altijd: even nog, je handen zijn zo
koel! Ik ben nu bejaard en mijn han
den gaan nog vaardig. Ik maak en
naai nog mijn eigen spulletjes. Mijn
flat heb ik helemaal zelf geschilderd,
muren in verschillende harmoniërende
tinten. Mijn stekjes en planten doen
het geweldig en mijn zelf gebrouwen
eten en baksels vindt men lekker. Mijn
Hollandse schoondochter geniet van
m'n kokkerellen en de prachtige groei
van m'n plantjes verklaart ze: "Moes,
je hebt groene handen!"
Ik bekijk ze, mijn handen; gewone
bruine handen! Ze helpen me overal
mee. Tangan dingin
P. JÜCH-ARNOLD
nitfitiiuiiini'js z£L-y
Zojuist verschenen:
C. A. S.
HERDENKINGSBOEK 1902-1977
216 pagina's en 180 foto's uit
de mooiste jaren van de
Carpentier Alting Scholen.
Wie het boek op de reünie niet
gekocht heeft kan nu bij boek
handel Tong-Tong terecht.
Prijs 37,50 porto 4,
Beslist geen tweede oplaag
De ons welbekende papaya schijnt be
halve tongstrelende, ook nog genees
krachtige kwaliteiten te bezitten.
Zo bleek althans in het geval van de
31-jarige William Sharf, die in een
Londens hospitaal een niertransplanta
tie onderging.
Tijdens deze operatie, waarvoor zijn
moeder een nier afstond, traden com
plicaties op die een infectie tot gevolg
hadden. Deze infectie bleek niet te
genezen door een behandeling met de
gebruikelijke antibiotica.
Een jonge arts, Dr. Christopher Rudge,
had gedurende zijn verblijf in Zuid-
Afrika kennis genomen van de zoge
naamde papaya-behandeling en stelde
voor deze inheemse geneeswijze als
alternatief redmiddel toe te passen
op William Sharf.
Echter, eerst moesten de noodzakelij
ke papayas opgetrommeld worden, en
hiervoor werden de familieleden van
de patient ingeschakeld die alle mark
ten in Londen afstroopten, op zoek
naar de wondervrucht. Uiteindelijk
vonden zij haar bij Fortnum Mason
op Picadilly. De papayas werden met
spoed naar het Dulwich Hospital ge
bracht, waar ze in repen werden ge
sneden, die op de wond werden ge
legd. 48 uur bleven ze daar liggen
gedurende welke tijd ze een dermate
afstotende lucht produceerden dat de
medische staf gedwongen werd mas
kers te dragen.
Maar de behandeling hielp en de wond
genas!
"In Afrika", aldus Dr. Rudge, "zag ik
hoe inboorlingen deze papaya-kuur
toepasten op zweren en geinfecteerde
wonden, en hoewel ik mij niet bepaald
interesseerde voor inheemse genees
wijzen viel het mij op dat deze be
paalde behandeling wel degelijk vruch
ten afwierp'. Hoogst waarschijnlijk be
vat de papaya een bepaald soort en
zyme die het genezingsproces bevor
dert".
Dr. Rudge zegt verder dat hij de pa
paya-behandeling vooralsnog uitslui
tend aanwendt in moeilijke gevallen
waarin toepassing van gangbare anti
biotica niet baadt. Hij gelooft echter
dat bij behandeling van zweren bij be
jaarden, de papaya vaker gebruikt kan
en dient te worden.
Zo volgt op alle glorie verval en ondergang,
en wat in 't einde steeds weer overwint
is de natuur. De groene tuinen
behangen met hun eens zo kost'bre last,
zijn uitgegroeid tot schaduwrijke wouden
die nu over de stenen resten van menselijke macht
hun forse brede kronen spreiden.
Op de verbrokkelde kantelen van vroegere vestingwerken
staat hier en daar, half weggezakt in het vermolmd affuit,
een oud kanon, de loop nog steeds gericht naar zee
voor het geval dat aan de verre kim
in 't trillend zonlicht toch op een kwade dag
nog eens het zeil van een vijandelijk schip mocht dagen.
In kleine pyramiden, waartussen bloemen groeien,
zijn nog wat stenen kogels opgehoopt.
En aan de voet der muren rust nog het gebeente
der vroegere kanonniers. Hun Franse, Engelse,
hun Portugese, Spaanse, Nederlandse namen
staan in de steen gegrift, een enkele maal nog leesbaar,
daarachter 't Anno Domini. Gestorven in den Heere
met twintig, achttien, drie-en-twintig jaar.
Gestorven aan malaria, dysenterie,
aan berrie-berrie, cholera, of aan het moordend lood,
aan piek- en sabelwonden, aan 't gif van een inheemse pijl.
Gevallen in de volle bloei der jeugd,
voor de eer van 't vaderland
en voor 't profijt der aandeelhouders thuis.
Maar nu is 't al vergeten. Een glimlach
gemengd met stille weemoed hangt over deze eilanden
waarover thans de zon
in al haar macht en glorie rijst.
(wordt vervolgd)
9